Sociologe over geweld in games

Niels (Boris-The-Blade)
Gelukkig praat niet iedereen elkaar na. In een recente uitgave van the American Sociological Association's Context magazine staat een artikel waarin het verband tussen het spelen van games en gewelddadig gedrag betwijfeld wordt. Sociologe Karen Sternheimer geeft aan dat ze niet veel ziet in de theorieën dat gewelddadige games de directe aanleiding zijn tot gewelddadig gedrag. Ze gaat nog een stap verder door te opperen dat misschien zelfs het omgekeerde waar is.

Als bewijs voor deze theorie geeft ze aan dat de verkoop van games nog steeds stijgt, maar het aantal jonge moordenaars in de VS afneemt. Dit is natuurlijk geen keihard bewijs, aangezien de daling natuurlijk ook door andere factoren veroorzaakt kan worden en er misschien wel geen moorden meer zouden zijn als we geen games zouden spelen. Maar het is hoopgevend dat deze sociologe in ieder geval verder kijkt dan alleen naar de hoeveelheid bloed per game.

"If we want to understand why young people become homicidal, we need to look beyond the games they play."

Sternheimer geeft verder aan dat gewelddadige games tot nu toe vaak als zondebok worden gebruikt. De spellen worden bekritiseerd om maar niet naar de echte oorzaken van geweld te hoeven kijken, zoals armoede, huiselijk geweld, werkeloosheid en geestesziekten. Volgens de sociologe is het wel waarschijnlijk dat agressieve mensen games met veel geweld gaan spelen, maar het is volgens haar niet overtuigend aangetoond dat je daadwerkelijk gewelddadiger wordt door dergelijke games. Zo spreekt zij ook een onderzoek uit 2001 tegen waaruit bleek dat er wel een verband was tussen gewelddadige games en agressief gedrag. Ze zegt over de resultaten:

"They don't offer much insight as to why a few isolated kids, and not the millions of others who play these games, decided to pick up real weapons and shoot real people."

Het debat zal waarschijnlijk nog wel enige tijd voort razen, maar het is goed om te zien dat niet alleen de tegenstanders van game geweld aan het woord komen en dat er langzaam een discussie ontstaat die op feiten en onderzoeken is gestoeld en niet langer op persoonlijke meningen.