Tour: uitslag twintigste etappe

Michel (OA)
Juan Manuel Gárate heeft de twintigste etappe in de Tour de France op zijn naam geschreven. In de finale was de Spanjaard van Rabobank sterker dan zijn medevluchter, Tony Martin.


Kort na de start van de twintigste etappe namen een aantal renners de benen. Onder hen waren Juan Manuel Gárate, Joost Posthuma (beide Rabobank), Tony Martin (Team Columbia), Albert Timmer, Cyril Lemoine (beide Skil-Shimano), Hayden Roulston (Cervélo Test Team) en Christophe Riblon (AG2R). Vlak daarna zetten Mickael Delage (Silence-Lotto), Rubén Pérez Moreno (Euskaltel) en José Iván Gutiérrez (Caisse d'Epargne) de achtervolging op de leidende groep in.

Aan de voet van de eerste klim hadden de koplopers 40 seconden op het achtervolgende trio en meer dan anderhalve minuut op het peloton, waar Astana de regie in handen had. Na veertien kilometer koersen was de voorsprong op de meute naar drie minuten opgelopen. Vlak daarna rekenden Delage, Pérez Moreno en Gutiérrez de kopgroep in, die daardoor naar zestien renners groeide.

De maximale voorsprong van de kopgroep bedroeg iets meer dan tien minuten, waarna deze langzaam terug zakte. Op de top van de Col des Abeilles was de achterstand van het peloton, dat inmiddels door Astana werd aangevoerd, nog acht minuten. Met nog 27 kilometer voor de wielen brak het peloton in twee stukken, nadat de Kazachse wielerformatie het tempo fors opschroefde.

Op datzelfde moment bevond de kopgroep zich aan de voet van de slotklim van deze dag, de Mont Ventoux. Team Saxo Bank had het kopwerk van Astana inmiddels weer overgenomen en liet de voorsprong van de koplopers steeds verder slinken. De meute had aan de voet van de Mont Ventoux nog vier minuten achterstand op de leiders, waar Gárate op zeventien kilometer van de finish een demarrage plaatste. De Spanjaard werd echter snel weer bijgehaald door Martin en Riblon.

In het peloton plaatste Fränck Schleck de eerste demarrage. Lance Armstrong kroop in het wiel van de achtervolger, maar het duo wist niet weg te rijden. Vlak daarna was het Andy Schleck, die er vandoor ging. Contador zocht het wiel van de witte trui-drager, wist bij hem te blijven. Het duo slaagde er uiteindelijk in om een klein gaatje te slaan In de kopgroep moest Riblon lossen, waardoor Martin en Gárate met zijn tweeën aan de leiding gingen.

Andy Schleck plaatste vervolgens de ene demarrage na de andere. De Luxemburger kreeg Contador voortdurend mee in zijn wiel, waarna het aan Armstrong was om het gat te dichten. Op tien kilometer van de finish werd het beslissende gaatje geslagen. Vlak daarna sloot Vicenzo Nibali (Liquigas) bij het duo aan. Ook Riblon voegde uiteindelijk zich bij het groepje van Contador.

Op zes kilometer van de meet smolten de groepen met Contador en Armstrong weer samen, waarna Franco Pellizotti (Liquigas) er vandoor ging. De voorsprong van het leidende duo groeide inmiddels weer naar twee minuten, omdat de Spanjaard van Astana niet mocht doorrijden. Op anderhalve kilometer van de finish kon Wiggins niet meer aanklampen en moest lossen. Hierdoor leek Armstrong zeker te zijn van zijn derde plaats in het algemeen klassement.

In de kopgroep reed Gárate weg bij Martin, wat mogelijk de eerste etappezege in deze Tour de France van Rabobank zou kunnen betekenen, maar de Duitser toonde veerkracht en keerde terug bij de Spanjaard. In de finale ging Gárate opnieuw aan en wist Martin toch nog te verslaan.