Opnieuw massagraf Srebrenica blootgelegd
Tijdens de val van de moslimenclave Srebrenica vermoordden Bosnische Serviërs naar schatting achtduizend moslims, vrijwel allemaal mannen en jongens. De slachting staat te boek als de ergste in Europa sinds de Tweede Wereldoorlog. Nederlandse militairen, die namens de Verenigde Naties aanwezig waren in de gemeente ten tijde van de val, konden de massamoord niet voorkomen.
De daders, extremistische Bosnische Serviërs, deponeerden de lijken van hun slachtoffers in massagraven. Later werden de lichamen opgegraven en elders herbegraven, in een poging de genocide te verbergen. De stoffelijke resten bij Vlasenica zijn overigens niet opgegraven en verplaatst.
Tot nog toe werden meer dan 5600 Srebrenica-slachtoffers geïdentificeerd met behulp van DNA-onderzoek. Hun lichamen lagen in circa zeventig massagraven, verspreid over het oosten van de Republika Srpska, de deelrepubliek van Bosnische Serviërs.