Ruimteveer Discovery toch nog gelanceerd
De Discovery had eigenlijk woensdagavond (plaatselijke tijd) moeten vertrekken. Bij het vullen van de brandstoftanks, enkele uren voor de lancering, was echter een brandstoflek aan het licht gekomen. De NASA besloot daarop de lancering op te schorten.
Eerder was de lancering al vier keer uitgesteld omdat de NASA twijfelde aan de betrouwbaarheid van een klep, die gebruikte brandstof moet afvoeren van de motoren van de Discovery. Daardoor zou de druk in de eerste minuten van de vlucht tot gevaarlijke hoogtes kunnen oplopen, met mogelijk een fatale explosie tot gevolg. Uit voorzorg werden alle kleppen vervangen, en de NASA beweert dat alle problemen zijn verholpen.
Mocht de lancering ook nu niet doorgaan, dan heeft de NASA nog tot dinsdag om de Discovery naar de ruimte te brengen. Daarna moet de spaceshuttle plaatsmaken voor een Russische vlucht naar het ISS, eind maart.
De bemanning van de Discovery - zes Amerikanen en een Japanner - brengt de laatste zonnepanelen naar het ruimtestation. Ook komen ze met een nieuw urinefilter, een apparaat dat drinkwater kan winnen uit de urine van de astronauten. Vorig jaar was al een dergelijk filter naar het ISS gebracht, maar door technische problemen heeft die nooit goed gewerkt.
Met de zonne-energie en het urinefilter kunnen voortaan zes astronauten, in plaats van de huidige drie, voor langere tijd aan boord van het ISS verblijven. Die verdubbeling moet in mei een feit zijn.