Te weinig rechters in zaken jeugdzorg

Redactie

Nederland kampt met een groot tekort aan kinderrechters. Een explosieve stijging van het aantal verzoeken om kinderen uit huis te halen of onder toezicht te stellen van de jeugdzorg leidt tot overbelasting van deze gespecialiseerde rechters. Gevolg is dat de kwaliteit en de zorgvuldigheid van de rechtspraak onder druk staan.

In 2003 kregen de rechtbanken 31.561 verzoeken tot uithuisplaatsing of ondertoezichtstelling. In 2006 waren dat er 41.113; in 2008 werden 50.742 verzoeken gedaan.

Kinderrechters beslissen in deze gecompliceerde zaken en hebben te weinig tijd om tot een afgewogen oordeel te komen, zegt Robine de Lange-Tegelaar, sectorvoorzitter familie- en jeugdrecht van de Haagse rechtbank en voorzitter van het landelijk overleg van voorzitters familie- en jeugdrecht.

Dat komt ook doordat de financieringsnorm voor de zaken te krap is. 'We krijgen geld om 45 minuten aan een pupil te besteden. Dat is te weinig voor deze complexe en intensieve zaken, die bovendien vaak nog twee of drie keer terugkomen op een zitting.'

De bezetting van de Raad voor de Kinderbescherming en de Bureaus Jeugdzorg is de afgelopen jaren uitgebreid, zegt De Lange. 'Dat is ook een van de redenen waarom het aantal verzoeken zo fors is toegenomen. Het aantal kinderrechters is niet evenredig mee gestegen.'

De rechters behandelen meer zaken per dag dan wenselijk zou zijn, zegt De Lange. Hun verantwoordelijkheidsgevoel maakt dat zij geen zaken uit tijdgebrek op de plank laten liggen. Daardoor maken de rechters lange, zware dagen, en dat gaat ten koste van de kwaliteit. De Lange: 'Elke rechter doet zijn uiterste best, maar natuurlijk ben je minder scherp bij de elfde zaak van de dag. Er is te weinig tijd om dingen te laten bezinken en over een beslissing na te denken.'