Gewelddadige betoging Israëlische kolonisten

Pieter (Chancard)

In Hebron, op de Westelijke Jordaanoever, zijn vorige nacht rellen uitgebroken tussen groepen Israëlische ultranationalisten enerzijds en de Israëlische politie, het leger en Palestijnen anderzijds. Er zouden zeker dertien Palestijnen gewond zijn geraakt. Ook elders op de Westelijke Jordaanoever waren er opstootjes.

Inzet van het geweld was het zogenaamde 'Huis van de Vrede', een vier etages tellend huis in Hebron dat door Israëlische kolonisten in bezit was genomen. Na geruchten dat het huis op bevel van een Israëlische rechter ontruimd zou worden, verzamelden kolonisten en ultranationalistische betogers zich in de straten van Hebron. Ze bekogelden urenlang Palestijnse huizen en Israëlische politievoertuigen met stenen, staken voertuigen in brand en schonden een islamitische begraafplaats.

De kolonisten beweren dat ze het huis legaal van een Palestijn hebben gekocht, wat door de Palestijnen wordt betwist. De verhoudingen tussen Israëlische kolonisten en Palestijnen is in Hebron traditioneel erg gespannen. In het historische centrum van de grotendeels Palestijnse stad woont onder zware bewaking een klein groepje van een paar honderd joodse kolonisten, een situatie die geregeld tot spanningen en geweld over en weer leidt. Onlangs waren de joodse kolonisten bijvoorbeeld nog het doelwit van een Palestijnse aanslag waarbij zeker negen doden vielen.