Regeringen breiden hulp aan Dexia uit

Redactie

De regeringen van België, Frankrijk en Luxemburg hebben het worstelende Dexia voor een jaar een bankgarantie gegeven. De drie nationale overheden willen zo proberen te voorkomen dat de Frans-Belgische bank in liquiditeitsproblemen komt. Dat heeft de Belgische premier Yves Leterme vandaag bekendgemaakt.

Ondanks de toezegging van de drie regeringen van een noodfonds van 6,4 miljard euro vorige week daalden aandelen Dexia drie dagen lang, op woensdag zelfs met vijftien procent, omdat het de bank niet lukte geld te lenen op de vastgelopen kredietmarkt. Maar het nieuws van de bankgarantie stelde Brusselse handelaren tevreden, het aandeel steeg donderdagochtend met achttien procent.

Volgens Leterme dekt de garantie alle nieuwe afspraken met internationale geldschieters, nieuwe interbancaire tegoeden en nieuwe institutionele leningen tot drie jaar. Ook Dexia's Amerikaanse verzekeringstak FSA, die grote verliezen heeft geleden, valt hiermee onder de garantie. "Deze garantie verzekert spaarders ervan dat Dexia over voldoende middelen beschikt om zijn verplichtingen tegenover klanten na te komen".

De Franse minister van financiën Christine Lagarde liet weten dat er geen plannen bestaan om Dexia op te splitsen tussen de drie landen, zoals eerder met de Belgisch-Nederlandse bank Fortis gebeurde. De regeringen wilden niet aangeven hoeveel de garantie, die volgend jaar eventueel met een jaar verlengd kan worden, hun zal kosten.

Dexia is de grootste geldschieter voor Franse plaatselijke overheden en leent daarnaast geld aan steden in tal van landen, van Spanje tot de Verenigde Staten.

Met het noodfonds van 6,4 miljard voor Dexia werd Frankrijk met een kwart van de aandelen de grootste aandeelhouder. De directeur en de voorzitter van Dexia zijn inmiddels vervangen.