Geen bewijzen gevonden voor Syrische kernreactor

Redactie

Grondmonsters van de plek in de Syrische woestijn bij Al Kibar waar volgens Amerikaanse en Israëlische inlichtingenbronnen werd gewerkt aan de bouw van een kernreactor, hebben geen aanwijzingen voor het bestaan van zo'n installatie opgeleverd. Diplomatieke bronnen bij het Internationaal Atoomenergie Agentschap (IAEA) hebben dit zondag gemeld.

De bronnen waarschuwen dat het gaat om een voorlopige uitslag en dat nog onderzoek gaande is. Zij zeggen echter niet te verwachten dat het verdere onderzoek de voorlopige bevindingen zal logenstraffen.

De locatie bij Al Kibar werd op 6 september 2007 door de Israëlische luchtmacht gebombardeerd en compleet vernietigd. Het complex was volgens de inlichtingenbronnen destijds nog niet voltooid, waardoor er vermoedelijk geen nucleair materiaal aanwezig was.

Washington zegt dat Israël een reactor voor plutoniumproductie in aanbouw vernietigde. De reactor zou worden gebouwd met Noord-Koreaanse hulp en Damascus zou andere faciliteiten van soortgelijke aard verbergen.

De IAEA-onderzoekers zochten naar kleine hoeveelheden grafiet die bij het bombardement van een kernreactor zouden zijn vrijgekomen. Grafiet wordt in grote hoeveelheden gebruikt in het type Noord-Koreaanse kernreactor dat in Al Kibar zou worden neergezet. De stof dient als koelelement voor dit soort kernreactoren.

De regering in Damascus werkte mee aan het onderzoek bij Al Kibar, maar weigerde toestemming voor onderzoek op drie andere locaties vanwege militaire geheimen. Damascus ontkent uitgebreide contacten met Noord-Koreaanse nucleaire experts. De contacten die er geweest zijn waren oppervlakkig en informeel, aldus de Syrische regering.