Moslims in Kashmir betogen bij VN-gebouw
Tienduizenden moslims in Kashmir hebben vandaag een protestmars gehouden door het centrum van de hoofdstad Srinagar en zich verzameld bij het gebouw van de Verenigde Naties om afscheiding van India te eisen en de VN om tussenkomst te vragen.
Betogers kwamen met afgeladen bussen en vrachtwagens uit alle uithoeken van Kashmir in de hoofdstad aanzetten. Versperringen van prikkeldraad die de autoriteiten hadden aangebracht op wegen naar het VN-gebouw werden neergehaald. 'Weg met India', riep de menigte. Er waren duizenden politieagenten en paramilitairen op de been, maar er werd geen melding gemaakt van geweld.
Een voorman van de separatisten, Masarat Aalam, zei dat het de bedoeling was een petitie bij het VN-gebouw af te leveren waarin gewag wordt gemaakt van mensenrechtenschendingen door de Indiase autoriteiten en de VN wordt gevraagd in te grijpen.
Duizenden betogers scandeerden de naam van Lashkar-e-Tayyab, een van de gewelddadigste van de militante moslimgroepen die vechten voor de afscheiding van Kashmir en die verantwoordelijk wordt gehouden voor terreuraanslagen in heel India. "Lashkar is gekomen. Het is je dood, India. Lashkar is gekomen."
Volgens organisatoren was de protestbetoging de grootste sinds de onrust in Kashmir twee maanden geleden plotseling scherp escaleerde. Dat gebeurde nadat de autoriteiten veertig hectare grond bij een hindoe-heiligdom hadden toegekend aan hindoes, die er onderkomens voor pelgrims op wilden bouwen. Onder druk van de moslimmeerderheid, die het plan beschouwt als een poging de religieuze balans in het gebied te veranderen, trok de overheid de toestemming weer in. Daarmee haalde zij zich ook de woede van de hindoes op de hals. Twee hindoes pleegden uit protest zelfmoord. De onrust liet zich niet meer bedwingen en de spanningen tussen de twee bevolkingsgroepen bleven oplopen.
In de enige stad van Kashmir met een hindoemeerderheid, Jammu, werd vandaag ook gedemonstreerd. Duizenden hindoes trotseerden een verbod op bijeenkomsten en vormden grote groepen op straat met de bedoeling zich te laten arresteren, een tactiek die voor het eerst werd gebruikt door Mohandas Gandhi, de Indiase onafhankelijkheidsstrijder en pacifist. Een van de organisatoren zei dat de protestcampagne drie dagen zou doorgaan.
De Indiase premier Manmohan Singh riep op tot kalmte en zei dat alle politieke partijen en weldenkende mensen moeten samenwerken om de situatie onder controle te brengen.