Kamer verdeeld over bewaarplicht telecomgegevens

Redactie
De bewaarplicht van gegevens over bel- en internetgedrag verdeelt de Tweede Kamer. Dat bleek woensdag tijdens de bespreking van het wetsvoorstel bewaarplicht telecommunicatiegegevens. Het kabinet wil dat telefoon- en internetbedrijven gegevens over bel-, surf -en chatgedrag van burgers achttien maanden bewaren, zodat opsporingsinstanties de gegevens kunnen bestuderen.

Volgens het kabinet kan door die bewaartermijn de aanpak van misdaad en terrorisme worden verbeterd. De Europese richtlijn voor het bewaren van telecommunicatiegegevens kreeg in 2006 steun van Nederland, ondanks verzet van een Kamermeerderheid. De richtlijn bepaalt dat telecomgegevens minimaal zes maanden en maximaal twee jaar moeten worden bewaard. De meeste Europese landen kiezen voor een halfjaar.

De bewaartermijn in het wetsvoorstel van het kabinet bleek woensdag de Tweede Kamer te verdelen. De PvdA, SP, GroenLinks en de ChristenUnie vinden de termijn van anderhalf jaar onnodig lang. Volgens deze partijen zou het bewaren van de gegevens risico's met zich meebrengen voor de privacybescherming. Ook de extra kosten die het bewaren van de gegevens met zich meebrengen, zouden kunnen worden doorberekend aan de burgers.

De PvdA, SP, GroenLinks en D66 zijn voor een maximumtermijn van zes maanden. De ChristenUnie wil dat de gegevens maximaal een jaar worden bewaard. CDA en VVD steunen de door minister van Justitie Ernst Hirsch Ballin (CDA) voorgestelde termijn. Beide partijen zouden een termijn van 24 maanden ook steunen.