Trans-Dnjestrië stemt over onafhankelijkheid

Rusland moedigt het referendum aan en stelt dat het land zelfbeschikkingsrecht verdient. Rusland beticht het Westen ervan een dubbele moraal te hebben. 34 procent van de inwoners van het land zijn Moldaviërs, 29% zijn Russen en ook 29% zijn Oekraïners.

Het land ademt een sfeer uit van de tijd van de Sovjetunie. Zo herinneren bordjes de voorbijgangers eraan dat "brood de belangrijkste behoefte voor iedereen" is, en dat "kunst toebehoort aan het volk". Ook zijn belangrijke straten in het gebied genoemd naar sovjet-helden als Karl Marx en Lenin en is er in de luidsprekers van de steden muziek uit de sovjet-tijd te horen. De kleur van de vlag is rood en er staan een gele hamer en sikkel op.
Het land heeft vaak ruzie met Moldavië. Zo wilde het land scholen sluiten die les gaven in het Roemeens met Latijns schrift. Leraren en ouders die protesteerden werden gearresteerd. Moldavië besloot hierop het land te isoleren door middel van een blokkade. Er wonen immers meer Moldaviërs in het gebied dan Russen. Trans-Dnjestrië reageerde daar weer op door de stroomtoevoer naar Moldavië af te sluiten, om zo het buurland economisch plat te leggen. Vaak viel de stroom uit in Moldavië, maar sinds januari 2005 haalt Moldavië een groot deel van haar stroom uit Roemenië.
Trans-Dnjestrië was een autonoom gebied in de Sovjetunie, tot Stalin zich de Moldavische gebieden van Roemenië toe-eigende en beide landen samenvoegden tot de Sovjetrepubliek Moldavië. De Rusland-gezinde inwoners van het gebied waren bang dat Moldavië na het vallen van de Sovjetunie weer deel zou gaan uitmaken van Roemenië. Er brak een burgeroorlog uit in het gebied die aan 1500 mensen het leven kostte. Sindsdien zijn er Russische militairen in het gebied gestationeerd, die de orde handhaven.

Vlag, wapen en kaart van Trans-Dnjestrië