Veiligheid bouw slecht in Nederland
Uit een onderzoek van de nationale arbeidsinspecties in de toen nog vijftien lidstaten van de EU en in Noorwegen en IJsland is gebleken dat Nederlandse bouwplaatsen onveiliger zijn dan die in de omringende landen. Op twee van de drie belangrijkste criteria zit Nederland zelfs onder het gemiddelde. De uitgebreide inspecties bezochten in mei en september van vorig jaar in totaal 36.000 bouwplaatsen, waarbij 82.000 overtredingen werden gevonden. Bij 3.600 bouwplaatsen werd het werk zelfs tijdelijk helemaal stilgelegd. Er werd vooral gelet op de aanwezigheid van bescherming tegen vallen.
Alle EU-landen zijn onderling goed vergelijkbaar, omdat negentig procent van de veiligheidsregels van de EU afkomstig zijn. De veiligheid bleek het grootst te zijn in de noordelijke landen zoals Zweden, Finland en Denemarken. De zuidelijke landen zoals Spanje en Portugal scoorden het laagst. De veiligheid in Nederland bleek zich op het niveau van Oostenrijk en Italië te bevinden.
Nederland scoorde slecht op de verplichte aanwezigheid van een arbo-coördinator en op het overzicht wat de aannemers hebben van de risico's op de bouwplaats. Hier bleek 48 procent van de aannemers te weinig overzicht te hebben, tegen 44 procent gemiddeld. "En dat zijn toch twee van de drie belangrijkste criteria", aldus Jan Boer, landelijk projectleider Bouw bij de Arbeidsinspectie. Op het derde criterium, de aanwezigheid van een gezondheids- en veiligheidsplan, scoorde Nederland wel iets beter dan het gemiddelde.
Tijdens de inspecties werd in Nederland het werk op 37 procent van de 800 bouwplaatsen helemaal stilgelegd. Dat is veel meer dan het gemiddelde van tien procent, maar dat komt deels omdat de Nederlandse inspectie strenger optreedt dan veel andere inspecties.