Xenotransplantatie riskanter dan gedacht
Bij het overplaatsen van organen, weefsels of cellen van dieren naar de mens lijkt het risico op het overdragen van ziekten groter dan gedacht. Wetenschappers hebben voor het eerst aangetoond dat virussen uit varkens na de weefseltransplantatie naar andere dieren actief blijven. De discussie over de veiligheid van xenotransplantatie komt daarmee in een nieuw daglicht te staan.
Een groep Amerikaanse wetenschappers van The Scripps Research Institute in het Californische La Jolla berichtte dat vanmiddag in het wetenschappelijke tijdschrift Nature. Zij verrichtten onderzoek naar de behandeling van suikerziekte door insulineproducerende cellen uit de alvleesklier over te plaatsen vanuit varkens naar mensen. Een van de risico's daarbij is dat onbekende virussen verstopt zitten in het DNA van de varkenscellen. De wetenschappers probeerden het experiment daarom eerst uit bij muizen met suikerziekte.
Na de xenotransplantatie bleek de suikerziekte inderdaad tegengegaan te zijn, maar tegelijkertijd werd een bekend virus actief in de muizen, dat zich bovendien verspreidde naar andere organen: nieren, longen, huid en speekselklieren. In eerdere experimenten bij mensen is dat nooit gevonden, maar de Amerikaanse wetenschappers vermoeden dat toen niet goed genoeg gekeken is.