Joe Biden: de zwakke president die veel te lang bleef hangen
Joe Biden trad in januari 2021 aan als de 46e president van de Verenigde Staten met een belofte van rust, degelijkheid en herstel na de turbulent verlopen eerste regeerperiode van Donald Trump. Terwijl Biden aanvankelijk geprezen werd om zijn jarenlange bestuurlijke ervaring en zijn vermogen om brede coalities te smeden, bleek zijn presidentschap van meet af aan gepaard te gaan met flinke tegenvallers: een diep verdeeld electoraat, een pandemie die nog niet was uitgewoed, sterk oplopende inflatie en een bijzonder onrustige geopolitieke situatie.
Gaandeweg werd Bidens gestage fysieke en mentale aftakeling een steeds groter punt van kritiek binnen zijn eigen partij en onder kiezers en zijn late beslissing om zich uiteindelijk terug te trekken uit de verkiezingen van 2024 kwam veel te laat. Toch was er ook waardering voor zijn prestaties op economisch en sociaal gebied
Aantreden
Bij zijn inauguratie op 20 januari 2021 erfde Joe Biden een land dat verder gepolariseerd was dan ooit. De bestorming van het Capitool op 6 januari 2021 was een gewelddadig dieptepunt van de onrust en de weigering van veel Republikeinse kiezers om zijn overwinning te erkennen. Het eerste doel van Biden was dan ook het land te ‘helen’: hij beloofde het morele kompas te herstellen na vier jaar politieke chaos en de ‘ziel van de natie’ te redden. Daarbij gaf hij aan een ‘tussenpaus’ te willen zijn, een ‘brug’ naar een nieuwe generatie van Democratisch leiderschap. Tegelijkertijd bestond de hoop dat hij als een gematigde centrumpoliticus in staat zou zijn bruggen te slaan tussen de vleugels van zijn eigen Democratische Partij en, minstens zo belangrijk: tussen Democraten en gematigde Republikeinen.
Zijn slogan ‘Build Back Better’ kreeg vorm in diverse grote investeringspakketten. Zo werkte Biden aan omvangrijke wetgeving op het gebied van infrastructuur, klimaat en hightech-productie (de zogeheten CHIPS-wet). Hoewel deze projecten in hun concrete uitwerking soms werden bijgesteld, waren ze ongekend groot in vergelijking met die van andere recente presidenten. Beoogde doelen waren het moderniseren van wegen, bruggen, internetinfrastructuur en het stimuleren van groene energie, lokaal chip- en halfgeleiderproductie. Biden hoopte hiermee zowel de Amerikaanse economie een boost te geven als de klimaatambities te ondersteunen.
Economische tegenvallers
Toch was er zelfs in de eerste maanden al sprake van groeiende scepsis. Amerikaanse burgers zagen in hun dagelijkse leven vooral de effecten van oplopende inflatie en hoge prijzen bij de supermarkt. Zachtst gezegd niet bepaald de gunstige effecten van grootschalige, door de overheid gestuurde investeringsprogramma’s. Waar Biden met name op hamerde, namelijk het drastisch terugdringen van werkloosheid en het vergroten van koopkracht, werd in de publieke opinie overschaduwd door zorgen over stijgende dagelijkse kosten van leven en wonen. Zijn beleid werd door sommigen bovendien linkser ervaren in vergelijking met zijn lange staat van dienst als gematigde Democraat, met name op het gebied van immigratie en overheidsuitgaven.
Bidenomics, zoals zijn economische programma in de volksmond werd genoemd, had als speerpunten het stimuleren van binnenlandse productie, het verminderen van de afhankelijkheid van buitenlandse leveranciers en het versterken van de industrie in de Verenigde Staten. Hoewel dit op papier aansloot bij de onvrede onder veel Amerikaanse kiezers over de industriële teloorgang in hun thuisstaten (en daarmee aanvoelde als een progressieve invulling van economisch nationalisme), had het beleid ook onbedoelde neveneffecten. Zo werden er bijvoorbeeld enorme hoeveelheden geld in de economie gepompt om de coronacrisis te boven te komen en gezinnen te ondersteunen, maar dat droeg ook flink bij aan de inflatie.
In de peilingen vanaf het najaar van 2023, gaf een groot deel van het electoraat aan vooral bezorgd te zijn over de kosten van het levensonderhoud. Hoewel Biden regelmatig wees op de sterke banengroei, de hogere lonen in sommige sectoren en de forse investeringen in bijvoorbeeld groene technologie en de chipindustrie, bleef het sentiment onder veel kiezers negatief. Dit sentiment werd in de hand gewerkt door Republikeinse oppositiekrachten die elke nieuwe uitgave afschilderden als rampzalig voor de staatsschuld en de inflatie.
Democratische verdeeldheid
Een ander probleem voor Biden was de verdeeldheid binnen de Democratische Partij. Terwijl de progressieve vleugel (aangevoerd door onder anderen Bernie Sanders en Alexandria Ocasio-Cortez) opriep tot rigoureuzere klimaatacties, hogere belastingen voor de rijken en radicale hervormingen in de gezondheidszorg, probeerde Biden een meer gematigde koers te varen. Het lukte hem in de eerste twee jaar nog om een enigszins werkbare coalitie te behouden, maar naarmate de economische tegenwind sterker werd en de inflatie steeg, groeide de kritiek: progressieven vonden dat hij niet ver genoeg ging, terwijl gematigden en conservatieve Democraten juist klaagden dat het beleid te veel geld kostte en dat het de partij vervreemdde van middenkiezers.
Daarbovenop speelde het sluimerende vraagstuk van Bidens rol als ‘overgangspresident’: in 2020 suggereerde hij dat hij maar één termijn zou dienen. Die belofte kwam echter steeds verder op de achtergrond te staan toen hij begin 2023 indirect liet weten tóch open te staan voor herverkiezing. Dit leidde tot wrijving met partijgenoten die hoopten op een nieuwe generatie Democraten. Naarmate zijn fysieke en mentale aftakeling zichtbaarder werd, gingen steeds meer Democraten, zowel in de progressieve als in de gematigde hoek, twijfelen aan zijn vermogen om het in 2024 op te nemen tegen Trump, of welke Republikeinse kandidaat dan ook.
Migratiebeleid
Een van de thema’s die Biden hard troffen, was immigratie. Hoewel hij afstand wilde nemen van Trumps keiharde lijn, waaronder het bouwen van een muur en het handhaven van strenge inreisverboden, ondervond hij dat de humane koers in de praktijk zijn nadelen had. Bij de zuidgrens steeg het aantal asielzoekers en ongedocumenteerde migranten sterk. De afschaffing van bepaalde noodwetten (geërfd van Trump) zorgde voor nog meer instroom.
Rechtse media en conservatieve politici grepen deze situatie aan om Biden weg te zetten als ‘zwak’ op het gebied van grensbewaking. Progressieve activisten vonden hem daarentegen niet vasthoudend en ruimhartig genoeg, deels omdat hij toch bepaalde beperkingen en extra maatregelen invoerde. Zo riep zijn beleid frustratie op bij beide flanken en droeg het bij aan het idee dat hij de crisis niet onder controle had.
Afghanistan
In de zomer van 2021 besloot Biden om de Amerikaanse troepen terug te trekken uit Afghanistan, waarmee hij uitvoering gaf aan een deal die onder Trump was voorbereid. Hoewel het einde van deze ‘eeuwige oorlog’ door velen als noodzakelijk werd gezien, verliep de terugtrekking chaotisch. De snelle opmars van de Taliban, de dood van Amerikaanse soldaten en Afghaanse burgers bij het vliegveld van Kabul en het hartverscheurende beeld van wanhopige burgers die zich vastklampten aan vertrekkende vliegtuigen, zetten het beeld van Bidens competenties en leiderschapskwaliteiten sterk onder druk.
Politiek commentatoren zien die wanordelijke exit een keerpunt in zijn presidentschap. Tot dat moment, in september 2021, werd Biden gezien als redelijk competent, ondanks enkele binnenlandse uitdagingen. Na de snelle terugtrekking uit Afghanistan kelderden zijn approval ratings en die krabbelden nooit meer echt op. Dit vormde het begin van een aanhoudend beeld van een president die, hoewel vaak met goede bedoelingen, zelden in staat bleek crises daadkrachtig het hoofd te bieden.
Oekraïne
Bidens reactie op de Russische inval in Oekraïne werd aanvankelijk vrij positief ontvangen: hij wist westerse bondgenoten te mobiliseren voor sancties tegen Rusland, leverde belangrijke militaire steun aan Oekraïne en breidde het NAVO-bondgenootschap verder uit. Tegelijk werd hem verweten dat hij te aarzelend was in het verschaffen van voldoende wapens, waardoor de oorlog, vanuit Oekraïens perspectief, te lang onbeheerst kon voortduren. Aanvankelijk vermeed de regering escalatie met Moskou, uit vrees voor een rechtstreeks conflict tussen de NAVO en Rusland. Die behoedzame lijn leverde Biden echter de kritiek op dat hij ‘te bang’ was om Poetin echt af te schrikken.
Een complicerende factor was de groeiende kritiek vanuit de Republikeinse partij die vond dat ‘Amerika voorop’ moest staan, maar in de praktijk juist opriep om minder geld te spenderen aan buitenlandse oorlogen. Trump en zijn medestanders gebruikten de steun aan Oekraïne om Biden neer te zetten als iemand die meer gaf om een conflict aan de andere kant van de wereld dan om de noden van gewone Amerikanen. Dat sentiment, gevoed door het isolationistische deel van de Republikeinse achterban, droeg verder bij aan de dalende populariteit van Biden in verschillende staten.
Israël
Een van de meest controversiële episoden van Bidens presidentschap was zijn reactie op de escalatie in het Midden-Oosten toen Hamas in oktober 2023 Israël aanviel. Biden schaarde zich met overtuiging achter Israëls recht op zelfverdediging, maar weigerde tegelijkertijd expliciet om serieuze druk op premier Netanyahu uit te oefenen om het aantal burgerdoden bij de vergeldingsaanvallen te beperken. Terwijl het aantal burgerslachtoffers in Gaza sterk opliep, riep deze onvoorwaardelijke pro-Israëlische houding heftige kritiek op bij sommige Democraten en mensenrechtengroeperingen. Anderen oordeelden juist dat hij te laat of te soft was in het veroordelen van het geweld of in het bemiddelen richting een wapenstilstand.
Na aanvankelijke hoop op diplomatieke doorbraken bleef een einde aan het excessieve geweld uit en ontstond een breuklijn in Bidens achterban. Zo verloor hij een deel van de progressieve steun, die vond dat hij teveel wegkroop achter het Israëlische bondgenootschap. Uiteindelijk werd nog net voor zijn aftreden een wapenstilstand bereikt, maar veel analisten zagen deze als wankel en onvoldoende om de diepere oorzaak van het conflict te adresseren. Waar de regering-Biden een kans had op diplomatiek succes, bleef de realiteit dat de Amerikaanse geloofwaardigheid in de regio én in een groot deel van de wereld verder afbrokkelde.
Snelle aftakeling
Biden was 78 jaar oud bij zijn aantreden en is 82 jaar nu zijn ambtstermijn afloopt. Hoewel hij zich tijdens zijn campagne presenteerde als energiek en vitaal voor zijn leeftijd, kwamen er in de loop der jaren steeds meer twijfels. Zijn gestotter speelde hem af en toe parten, maar ernstiger waren de momenten waarop hij woorden vergat, gedesoriënteerd leek of struikelde tijdens publieke optredens. In een politiek landschap dat voortdurend door de media en vooral sociale media wordt belicht, werd elk teken van zwakte breed uitvergroot.
Waar Democratische prominenten aanvankelijk nog probeerden te doen alsof deze momenten triviaal waren, werd het achter de schermen steeds duidelijker dat zijn campagneteam hem vrij constant moest afschermen. Zo gaf hij minder persconferenties en publieke statements dan zijn voorgangers. Op zichzelf is dat niet ongewoon in een sterk gepolariseerd tijdperk, maar het voedde wel de kritiek dat zijn staf hem verborg om gênante momenten te vermijden. De chaotische confrontatie met Trump tijdens een vroeg tv-debat in 2024, waarin Bidens zwaktes pijnlijk zichtbaar werden, vormde het moment waarop de Democraten eindelijk definitief inzagen dat dit niet langer houdbaar was.
Te laat voor Harris, of wie dan ook
Kort daarna trok hij zich terug als kandidaat, waarna de relatief profielloze vicepresident Kamala Harris het stokje overnam. Deze beslissing kwam echter zo laat dat zij nog maar iets meer dan honderd dagen had om een volwaardige campagne op te bouwen. Het gebrek aan tijd, het bagage meezeulende imago van ‘Bidens verlengstuk’ en de interne verdeeldheid van de partij maakten een succesvol resultaat vrijwel onmogelijk.
Als Biden eerder had toegegeven dat hij niet fit genoeg was, had hij tijdig de weg kunnen vrijmaken voor een zorgvuldige Democratische voorverkiezing. Dan had een sterke kandidaat, liefst een jong, energiek kopstuk, voldoende tijd en politieke rugwind kunnen opbouwen om Trump het hoofd te bieden. Volgens diverse analisten is Bidens grootste en meest tragische vergissing dat hij te lang te koppig was om in te zien dat zijn tijd voorbij was. Daarmee hielp hij indirect juist Trump opnieuw aan de macht.
Bidens nalatenschap
Indien Trump in zijn tweede termijn rigoureus beleid doorvoert en veel van Bidens wetten ongedaan maakt, bestaat de kans dat Bidens wetgevende successen in de vergetelheid raken. Met name de groene investeringen en de infrastructurele projecten zijn kwetsbaar, omdat Trump heeft aangegeven een groot deel van Bidens klimaatbeleid te willen terugdraaien. Aan de andere kant: als delen van deze wetten wel standhouden en succesvolle resultaten opleveren, kan Biden op den duur nog erkenning krijgen als een president die weliswaar stappen zette, maar pech had met de timing.
Biden droeg, meer dan veel andere presidenten, een persoonlijke tragiek met zich mee: het verlies van zijn vrouw en dochtertje jaren geleden en later zijn zoon Beau. Zijn empathisch vermogen werd in het begin gezien als een welkome afwisseling na Trumps harde toon. Ook zijn imago als ‘working class man’ uit Pennsylvania sprak kiezers aan. Maar zijn menselijke en zelfs breekbare kant sloeg langzaam om in een beeld van zwakte en aftakeling. Dat maakte het voor de Democraten moeilijk om die ‘brug naar een nieuwe generatie’ te realiseren.
Biden zelf blijft vlak voor zijn aftreden hameren op zijn verdiensten, wellicht gedreven door de hoop dat de geschiedenis hem milder zal beoordelen dan de kiezers en tijdgenoten deden. Het is niet ongebruikelijk dat presidenten na verloop van jaren in een positiever daglicht komen te staan. Jimmy Carter bijvoorbeeld, jarenlang als president beschouwd als zwak en onsuccesvol, geniet vandaag de dag enige waardering vanwege zijn inzet voor mensenrechten en liefdadigheid. George H.W. Bush is door sommige historici geherwaardeerd als een capabele buitenlandpresident. Het kan dat over twintig à dertig jaar ook Bidens infrastructurele- en klimaatdaden worden geprezen, maar gezien zijn hoge leeftijd zal hij dat zelf waarschijnlijk niet meer meemaken.