Meer dan 130 doden door 'Ziekte X' in Congo

Jippie

In de Democratische Republiek Congo stijgt het aantal doden als gevolg van een onbekende ziekte. Volgens de regionale autoriteiten zijn er binnen twee weken 131 mensen overleden, die allemaal soortgelijke symptomen vertoonden: koorts, hoofdpijn, hoest, ademhalingsproblemen en bloedarmoede.

Teams van medische experts die sinds dinsdag de getroffen dorpen in het zuidwesten van het land hebben bezocht, hebben nog twee dorpen gevonden waar minstens 60 doden zijn geregistreerd, heeft de minister van Volksgezondheid van de provincie Kwango, Apollinaire Yumba, bekendgemaakt.

De afgelopen dagen is een team epidemiologen afgereisd naar de Panzi-regio, die deel uitmaakt van Kwango, om lokale artsen te ondersteunen bij de behandeling van patiënten en om vast te stellen om wat voor ziekte het gaat. Volgens Yumba zijn er tot nu toe 382 mensen geregistreerd met symptomen van de ziekte die voorlopig geregistreerd staat als 'Ziekte X', maar is er nog weinig bekend over de ziekte, die volgens lokale artsen vooral kinderen treft. Dieudonné Mwamba, directeur-generaal van het Instituut voor Volksgezondheid, zei dat vooral zuigelingen en jonge kinderen zijn getroffen. Tot nu toe waren er 198 ziektegevallen en 17 sterfgevallen in deze leeftijdsgroep.

De minister kondigde aan dat er nog meer teams van deskundigen zouden arriveren. Naast het nemen van monsters, probeerden de medische experts de bevolking op te roepen om hygiëne- en sociale afstandsmaatregelen te nemen.

Wachten op de labresultaten
Het is onduidelijk waarom mensen ziek zijn geworden. Daarvoor zijn laboratoriumresultaten nodig. Het zou een niet-besmettelijke ziekte kunnen zijn die veroorzaakt wordt door omgevingsfactoren of een besmettelijke ziekte. Als het een besmettelijke ziekte is, kan het een schimmelinfectie, een bacteriële infectie, een parasitaire infectie of een virusinfectie zijn.

De Afrikaanse gezondheidsautoriteit CDC Africa sprak van eerste aanwijzingen dat de ziekte via de lucht zou kunnen worden overgedragen. Er zijn echter nog veel vragen over zowel de transmissieroutes als de precieze aard van de ziekte.

Minister van Volksgezondheid Kamba: 'Hoogste alarmniveau'
Minister van Volksgezondheid Kamba vermoedt dat de afgelegen ligging van de Panzi-regio een snelle verspreiding kan voorkomen. Desondanks is hij "zeer alert". "Dit betekent dat we het zien als een soort epidemie die zo goed mogelijk in de gaten moet worden gehouden." De afgelegen ligging van de regio maakt het echter moeilijk voor hulpverleners en experts om de dorpen te bereiken. Het eerste team dat naar Panzi werd gestuurd had twee dagen nodig om een route van 400 kilometer af te leggen. De wegen zijn in slechte staat en naar verluidt is ongeveer 40% van de mensen in Panzi ondervoed, onder kinderen zelfs 60%. "We hebben te maken met een kwetsbaar gebied," zegt Mwamba van het Instituut voor Volksgezondheid, die de situatie beoordeelt. Twee jaar geleden brak daar al tyfus uit.