Syrisch regeringsleger trekt zich terug uit Aleppo, Rusland, Turkije en Iran bespreken hulp

Rusland heeft de onverwachte opmars van islamitische rebellen naar de stad Aleppo een aanval op de Syrische soevereiniteit genoemd. “Natuurlijk is dit een inbreuk op de Syrische soevereiniteit in deze regio”, zei Kremlin-woordvoerder Dmitri Peskov in Moskou. “Wij zijn er voorstander van dat de Syrische autoriteiten zo snel mogelijk orde in de regio brengen om de constitutionele orde te herstellen”, zei hij volgens het staatspersbureau Tass. Hij bood de Syrische regering ook Russische steun aan in de door het offensief getroffen gebieden.

Iran heeft ook hulp toegezegd aan de Syrische regering. Minister van Buitenlandse Zaken Abbas Araghchi benadrukte "de voortdurende steun van Iran aan de Syrische regering, natie en leger in de strijd tegen terrorisme" tijdens een telefoongesprek met zijn Syrische collega Bassam al-Sabbagh. Hij beschreef de opmars van de rebellen als een samenzwering van de VS en Israël.

Update 17.30 uur: In Aleppo geldt momenteel tot morgen een avondklok die is ingesteld door rebellen.De afgelopen uren zijn er beelden opgedoken uit een gebied dat "Al Basel Square" heet in het westen van de stad Aleppo. Gisterenhaalden rebellen daar de Syrische vlag neerhalen en eerder vandaag trokken ze daar het standbeeld van de overleden broer van president Bashar al-Assad, Basel al-Assad, omverwerpen. Ook is op de beelden te zien dat er levenloze mensen op de grond te zien zijn, veel rookontwikkeling en schade na een luchtaanval. Het Syrische leger - dat weinig weerstand lijkt te hebben geboden tegen de opmars van de rebellen- is momenteel bezig met een hergroepering buiten de stad, terwijl er versterkingen onderweg zijn, aldus de militaire leiding. Eerder werd al aangegeven dat de troepen van Assad de instructie hebben gekregen om zich veilig uit de stad terug te trekken. Het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten meldt dat de rebellen grote delen van de stad hebben veroverd, wat door het leger is bevestigd.

De ministers van Buitenlandse Zaken van Iran en Rusland hebben elkaar zaterdag telefonisch gesprolen en beteugden hun steun aan Syrië. In een bericht op Telegram zei Abbas Araghchi van Iran dat de twee ook spraken over de "noodzaak van coördinatie" tussen Rusland, Iran en Turkije om te helpen tegen dit rebellenoffensief. Het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken zegt dat de partijen "ernstige zorgen" over de zich ontwikkelende situatie in Syrië hebben besproken en zijn overeengekomen om hun reactie te coördineren.

Wie zijn HTS?
De islamitische militante groepering Hayat Tahrir al-Sham (HTS) heeft een lange en betrokken geschiedenis in het Syrische conflict. HTS werd in 2011 onder een andere naam, Jabhat al-Nusra, opgericht als een directe afdeling van Al Qaeda. De leider van de IS-groep, Abu Bakr al-Baghdadi, was ook betrokken bij de oprichting ervan. De groep werd beschouwd als een van de meest effectieve en dodelijke van de groepen die het opnamen tegen president Assad. In 2016 brak de leider van de groep, Abu Mohammed al-Jawlani, openlijk met Al Qaeda, ontbond Jabhat al-Nusra en richtte een nieuwe organisatie op, die de naam Hayat Tahrir al-Sham kreeg toen het een jaar later fuseerde met verschillende andere soortgelijke rebellen groepen.

Eerdere berichtgeving: Naar eigen zeggen voert het Russische leger al luchtaanvallen uit tegen de rebellen. De Russische luchtmacht bombardeert "materieel en personeel van illegale gewapende groepen", citeerden Russische persbureaus een woordvoerder van het Ministerie van Defensie in Moskou, verantwoordelijk voor Syrië. Er zijn Russische aanvallen uitgevoerd op “terroristische controleposten, voorraden en artillerieposities.” De woordvoerder van het Russische ministerie zei ook dat er de afgelopen 24 uur 200 strijders zijn omgekomen bij de Russische aanvallen. Het aantal kan niet onafhankelijk worden geverifieerd.

Woensdag lanceerden jihadistische strijders en hun door Turkije gesteunde bondgenoten een onverwachte grote aanval op de Syrische regeringstroepen. Vrijdag trokken de opstandelingen de stad Aleppo binnen. Volgens het Syrische leger wordt het offensief geleid door de groep Hajat Tahrir al-Sham (HTS), die een groot deel van Noordwest-Syrië controleert. De groep heette voorheen het Nusra Front, de Syrische tak van het terreurnetwerk Al Qaeda. Sindsdien heeft het zijn naam verschillende keren veranderd en afstand genomen van Al-Qaeda.

Rusland bemoeide zich in 2015 met de Syrische burgeroorlog en zette zijn luchtmacht in om president Bashar al-As sad bij te staan. De Russen waren vooral betrokken bij de herovering van Aleppo door het Syrische leger in 2016, waarbij veel burgerslachtoffers vielen.

Vanwege de oorlog in Oekraïne verminderde Moskou vanaf 2022 zijn troepenaanwezigheid in Syrië. Volgens Tass gaan Russische militaire experts ervan uit dat de luchtmachtbasis Hamaimim aan de Middellandse Zee en de marinebasis Tartus veilig zullen zijn tegen mogelijke aanvallen van de rebellen.