Sportklimmers sluiten World Cup-seizoen af met strijd op boulder-, lead- en speedmuren

Op de Olympische Spelen in Parijs werd in het klimmen flink gestreden om het eremetaal. Nadat het olympisch vuur ging liggen streed men natuurlijk nog wel verder, want in de World Cup stonden nog de nodige wedstrijden op het programma voor 's werelds beste klimmers op de drie disciplines in de sport; boulder, lead en speed.

Koper, Slovenië
Na de Olympische Spelen - en een korte pauze - trok men naar het Sloveense Koper, waar alleen het leadklimmen op het programma stond. Bij de mannen leverde dat een overtuigende zege op voor de Britse olympisch kampioen Toby Roberts, dé revelatie van het jaar. De andere rijzende ster, de Japanse tiener Sorato Anraku, pakte net als op de Spelen de tweede plek, dit keer voor de Fransman Sam Avezou.

Niet verrassend ging de winst zeker in Slovenië natuurlijk naar dé Sloveense sportheldin van tegenwoordig, olympisch kampioene Janja Garnbret. Niemand kwam hij haar hoogte in de buurt, de Oostenrijkse Jessica Pilz werd op gepaste afstand tweede, net voor de Amerikaanse tiener Annie Sanders. De Nederlandse Lynn van der Meer eindigde in de halve finales als 26e.

Praag, Tsjechië
Het circus trok verder naar Praag, waar geboulderd moest worden. Roberts en Anraku schopten het ook hier tot de finale, maar wonnen niet: die eer was weggelegd voor de Zuid-Koreaan Lee Do-hyun, die twee van de vier finaleboulders topte en op de andere twee de zone haalde. Manuel Cornu uit Frankrijk haalde twee tops en één zone, Roberts werd met twee tops derde. Paul Brand werd in de kwalificaties niet onverdienstelijk gedeeld 27e.

Bij de vrouwen was de Amerikaanse Natalia Grossman een klasse apart, ze wist als enige drie van de vier boulders tot en met de top te bedwingen. Voor Naïlé Meignan uit Frankrijk was er met twee tops en twee zones een eerste World Cup-podium weggelegd, voor de Australische Oceania Mackenzie, die voor haar twee tops en één zone minder pogingen nodig had dan de Japanse Anon Matsufuji. Amber Schiffeleers werd in de kwalificatie 23e, zes plekken voor Lisa Klem.

Seoul, Zuid-Korea
De World Cup-finales begonnen met boulderen, waar Lee Do-hyun een dubbelslag sloeg: na zijn zege in Praag was de Zuid-Koreaan met twee tops en twee zones ook voor eigen publiek de beste. De Brit Maximillian Milne noteerde dezelfde score, maar in meer pogingen, en werd dus tweede. Plek drie ging naar de Japanner Sohta Amagasa, die op alle vier boulders de zone haalde - alleen de top-2 wist überhaupt een boulder te toppen.

De vrouwenwedstrijd leverde een fraaie zege op voor Annie Sanders. De Amerikaanse topte net als de Française Zélia Avezou drie finaleboulders en haalde één zone, maar deed dat in minder pogingen. Drie vrouwen haalden twee tops en twee zones, de Britse Erin McNeice deed dat in de minste pogingen en pakte zo de derde plek.

Vervolgens stond het speedklimmen op het programma, waar de Chinees Wang Xinshang bij de mannen in een matige 6,23 seconden de winst pakte, nadat Amir Maimuratov in de finale een paar grote fouten maakte. De strijd om plek drie werd in 4,99 seconden gewonnen door de Indonesiër Kiromal Katibin, terwijl Matteo Zurloni uit Italië de fout in ging.

De Poolse toppers waren bij de vrouwen afwezig, maar kwaliteit was er natuurlijk wel. De winst ging naar China in de persoon van Zhou Yafei, die in 6,78 seconden afrekende met de Indonesische Rajiah Sallsabillah (8,08). De kleine finale was spannender en werd een Chinees onderonsje: Wang Shengyan klopte Deng Lijuan met 6,80 tegen 6,90 seconden.

Het leadklimmen sloot het seizoen dan echt af, waarbij Anraku de mannenwedstrijd won. Hij kwam net zo ver als Lee, maar op basis van zijn betere halve finale ging de winst naar de Japanner, wiens landgenoot Shion Omata op gepaste afstand als derde eindigde.

Van der Meer werd bij de vrouwen keurig veertiende in de halve finales, zes plekken verwijderd van een finaleplaats. In die finale ging de overwinning naar Pilz, die daarmee het eindklassement in de World Cup op haar naam schreef. Ai Mori uit Japan werd tweede, ze kwam één greep hoger op de muur dan Sanders, die haar seizoen wel afsloot met een indrukwekkende reeks podiumplekken.

Eindstanden
De World Cup in het boulderen werd uiteindelijk gewonnen door Anraku, voor de Japanse broers Meichi en Tomoa Narasaki. Lee was er bij twee van de vijf wedstrijden niet bij, maar door zijn twee zeges steeg hij nog wel naar plek zes. Grossman won het vrouwenklassement, voor Mackenzie en Mao Nakamura - Sanders en Garnbret pakten overwinningen, maar waren er niet altijd bij.

In het leadklimmen ging de eindzege naar Roberts, voor Omata en Anraku, die twee van de zes wedstrijden over heeft geslagen. Pilz pakte de titel bij de vrouwen, hoewel Garnbret wellicht wel de beste was: zij deed slechts drie keer mee, maar won die wel allemaal. Mori eindigde achter Garnbret als derde in het klassement, waarin Van der Meer de 25e plek pakte.

Het speedklimmen werd bij de mannen tot slot een prooi voor de Amerikaan Samuel Watson, voor Zurloni en de Chinees Wang Xinshang. Bij de vrouwen ging Deng Lijuan er met de titel vandoor, voor de Poolse Natalia Kalucka en de Zuid-Koreaanse Jeong Ji-min.