Voetganger die volgens getuigen tegen auto aan liep krijgt toch schade vergoed

Een voetganger die eind 2019 gewond raakte bij een aanrijding met een auto krijgt een schadevergoeding van de verzekeringsmaatschappij van de eigenaar van die auto. Dat heeft de kantonrechter deze week geoordeeld. 

De aanrijding vond op het zebrapad ter hoogte van de Albert Heijn plaats. Drie getuigen gaven de voetganger de schuld van de aanrijding. Zo verklaarde een van hen: "Het was naar mijn ogen heel onlogisch dat de auto zich voor hem bevond. Het leek dus alsof meneer bewust tegen de auto aan is gelopen."

"Het is overduidelijk dat het de schuld is van de voetganger", verklaarde een ander. "Hij loopt letterlijk tegen die auto zijn deur aan en gaat liggen. Hij kan hier niet mee wegkomen. Wij hebben ons gelijk gemeld als getuigen bij de auto."

De voetganger ontkende tijdens een politieverhoor dat hij expres tegen de auto aan liep. "Wie doet dat nou. Dan moet je wel gek zijn", zei hij tegen agenten. "Als ik die auto had gezien, dan had ik hem misschien nog wel kunnen ontwijken. Ik heb letsel opgelopen door het ongeluk en loop nu met een kruk. Ik heb een scootmobiel gekregen en mijn huis is aangepast."

Hij heeft naar eigen zeggen pijnklachten aan de rug, schouders, rechteronderbeen en beide knieën. Ook zou er een posttraumatische stressstoornis zijn vastgesteld. De aanpassingen aan zijn huis bestaan uit een antislipbehandeling van de badkamer, een douchezitje en trapaanpassingen.

De verzekeringsmaatschappij wees erop dat medische stukken in het geheel ontbraken en dat de facturen van bijvoorbeeld de manueel therapeut geen verband hoeven te houden met de aanrijding. Een van die facturen zou zelfs al van voor het moment van de aanrijding zijn. 

Naar ziekenhuis
Toch vindt de kantonrechter dat de voetganger wel degelijk letsel heeft opgelopen. "Alleen al het onbetwiste feit dat verzoeker na de aanrijding door ambulancemedewerkers is onderzocht en is meegenomen naar het ziekenhuis wijst hierop. Ook zijn de door verzoeker overgelegde facturen, waaronder een factuur voor de huur van loopkrukken via het OLVG West op de dag van de aanrijding, niet zonder waarde."

Verder wijst de kantonrechter erop dat getuigen niet zelf zagen dat hij tegen de auto liep, maar dat ze die conclusie trokken omdat ze het niet logisch vonden dat hij achter de auto ten val kwam. Verder vond de rechter het vreemd dat de getuigen het niet onder ede wilden komen verklaren.

"Zodra verzoeker kennelijk op het punt stond het zebrapad te betreden, had hij voorrang moeten krijgen", oordeelt de kantonrechter in het vonnis. Dat de voetganger het zebrapad verkeerd zou hebben gebruikt of zelf schuld zou hebben heeft de verzekeringsmaatschappij "onvoldoende voor het voetlicht weten te brengen."

De hoogte van de schadevergoeding wordt later vastgesteld. Wel krijgt de voetganger al iets meer dan 2300 euro aan advocaatkosten. Dat is minder dan de 4400 euro die hij eigenlijk wilde, maar volgens de kantonrechter was het uurtarief van 300 euro te hoog en waren er teveel uren in rekening gebracht.