Facebook mag geen advertenties baseren op geaardheid, ook niet na coming-out

Facebook en Instagram mogen geen persoonlijke informatie, zoals iemands geaardheid, gebruiken voor gerichte reclames. Dit is ook niet toegestaan als een gebruiker zijn of haar geaardheid later zelf openbaar maakt. Volgens het Europese Hof van Justitie druist dit in tegen Europese privacyregels, die bepalen dat bedrijven geen persoonlijke gegevens mogen opslaan zonder een duidelijk en gerechtvaardigd doel.

De uitspraak van het Hof komt voort uit een rechtszaak van privacy-activist Max Schrems tegen Meta, het moederbedrijf van Facebook. Schrems kreeg advertenties te zien gericht op homoseksuele personen, hoewel hij nooit zijn geaardheid op zijn profiel had vermeld. Bovendien had hij Meta geen toestemming gegeven om dit soort gegevens over hem te verwerken.

Schrems startte de rechtszaak in Oostenrijk, omdat hij wilde dat Meta zou stoppen met het verzamelen van gegevens die zijn geaardheid zouden kunnen onthullen, zoals zijn online surfgedrag. Dit zou volgens Schrems in strijd zijn met de Europese privacyregels.

De hoogste rechtbank van Oostenrijk vroeg uiteindelijk om duidelijkheid van het Europese Hof over hoe de wet precies moet worden geïnterpreteerd. Het ging hierbij om de vraag of Meta alle soorten informatie over gebruikers mag verzamelen en opslaan voor gerichte advertenties. Ook was er de vraag of Schrems afstand had gedaan van zijn recht op privacy over zijn geaardheid, omdat hij openlijk sprak over zijn homoseksualiteit tijdens een rondetafelgesprek in Wenen.

De uitspraak kan grote gevolgen hebben voor internetbedrijven, die veel inkomsten genereren door gerichte advertenties op basis van persoonlijke gegevens.