Boete van 2 miljoen euro voor PostNL blijft in stand

De rechtbank Rotterdam heeft het beroep dat PostNL heeft ingesteld tegen de boete die de Autoriteit Consument en Markt (ACM) aan PostNL heeft opgelegd, ongegrond verklaard. PostNL is verlener van de universele postdienst (upd).

Dit betekent dat zij ervoor moet zorgen dat de aangeboden binnenlandse brieven per kalenderjaar in ten minste gemiddeld 95% van de gevallen de eerstvolgende dag worden bezorgd, niet zijnde een zondag of maandag of officiële feestdag (vijfdaagse overkomstduur).

Bezorgingsniveau
Op basis van de eigen opgave van PostNL heeft de ACM vastgesteld dat PostNL dit bezorgingsniveau in 2019 niet heeft gehaald. Het door PostNL berekende percentage is 94,3%. De ACM heeft PostNL daarom een bestuurlijke boete opgelegd van 2 miljoen euro.

Fusieproces
PostNL heeft in beroep aangevoerd dat zij vanwege het fusieproces met Sandd in oktober 2019 buiten haar schuld niet aan de norm van 95% kon voldoen. Volgens de rechtbank is geen sprake van een rechtvaardigingsgrond of overmacht.

PostNL heeft zichzelf in de situatie gebracht waarin zij de keuze moest maken tussen het nakomen van haar verplichtingen als universele postdienstverlener en het veiligstellen van de levering van zakelijke post die niet tot de upd behoort.

De overname van Sandd is een commerciële keuze van PostNL geweest. PostNL heeft bovendien niet alleen de extra Sandd-volumes overgenomen, maar ook extra volumes zakelijke partijenpost van klanten en van een concurrentpostvervoerder. Er is ook geen sprake van overmacht, want de ontstane situatie was voorzienbaar.

Waardeverlies postzegel
De rechtbank vindt het verder redelijk dat de ACM bij het bepalen van de hoogte van de boete het waardeverlies van de postzegel heeft betrokken (door dit te bepalen op het verschil tussen de postzegelprijs en een tarief voor bezorging na 48 uur). De rechtbank laat de boete van 2 miljoen euro in stand.