Celstraf voor veroorzaken dodelijk ongeluk in Den Bosch na carjacking

De rechtbank Oost-Brabant heeft een 44-jarige man uit Geldrop veroordeeld voor een gewelddadige autodiefstal en het veroorzaken van een dodelijk verkeersongeval waarbij een 50-jarige Bosschenaar kwam te overlijden. De verdachte was sterk verminderd toerekeningsvatbaar en bevond zich in een staat van steeds verdergaande psychische ontregeling. Hij krijgt een gevangenisstraf van 30 maanden waarvan 15 maanden voorwaardelijk en een rijontzegging van 4 jaar.

In augustus vorig jaar reed de man in zijn eigen auto toen hij stemmen hoorde, zo verklaarde hij. Hij had het gevoel dat hij werd achtervolgd door mensen die hem wilden vermoorden. Zijn telefoon gooide hij weg en toen hij met z’n auto niet verder kon rijden, liet hij deze achter en ging in een overspannen toestand op zoek naar hulp.

Op de provinciale weg N279 tussen Veghel en Helmond dwong hij een auto tot stoppen. Hij sprong op de motorkap van de auto, liep naar de bestuurderszijde en trok vervolgens de bestuurder uit de auto. Met de gestolen auto reed de verdachte in de richting van ’s-Hertogenbosch.

Na een onverantwoordelijke dollemansrit, waarbij hij meerdere forse verkeersovertredingen maakte, naderde de verdachte de kruising van de Zandzuigerstraat met de Bruistensingel. Hier negeerde de verdachte het voor hem bedoelde rode verkeerslicht en reed hij met 110 kilometer per uur (waar 50 kilometer per uur is toegestaan). Vervolgens botste hij op een auto die van rechts kwam. De bestuurder van deze auto overleed door de gevolgen van het ongeval.

Verminderd toerekeningsvatbaar
De verdediging heeft betoogd dat de verdachte in een psychose verkeerde en als gevolg daarvan volledig ontoerekeningsvatbaar is. Naar het oordeel van de rechtbank is daar geen sprake van. Er is niet vastgesteld dat de verdachte een (volledige) psychose had. De verdachte verkeerde tijdens de onverantwoordelijke dollemansrit in een staat van toenemende ernstige psychische ontregeling. Volgens de deskundige(n) was de verdachte gedurende die rit zich ervan bewust dat de hallucinaties, de stemmen die hij hoorde, veroorzaakt werden door de pannen in de auto en hij zette die daarom uit de auto.

Daarnaast heeft de verdachte zich op meerdere momenten gerealiseerd dat hij niet realistisch dacht. De verdachte had daarmee naar het oordeel van de rechtbank inzicht in zijn handelen. Volgens de rechtbank is de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar. Hierbij gaat de rechtbank – gelet op de inhoud van de rapporteren van de deskundigen – wel uit van een verminderde toerekeningsvatbaarheid die dicht tegen een volledige ontoerekeningsvatbaarheid aan ligt.

De rechtbank benadrukt dat het ongeval en het overlijden van het slachtoffer niet opzettelijk is gebeurd; het was niet de bedoeling van de verdachte om iemand dood te rijden. Wel verwijt de rechtbank de verdachte dat hij ondanks alle persoonlijke problemen, veel slaapgebrek en met medicijngebruik in zijn auto is blijven rijden tot hij in een staat van steeds verder gaande psychische ontregeling raakte.

Gevangenisstraf
Al met al legt de rechtbank een gevangenisstraf op voor de duur van 30 maanden waarvan 15 maanden voorwaardelijk. Dit is lager dan de officier van justitie 2 weken geleden eiste omdat er volgens de rechtbank in de eis te weinig rekening is gehouden met de sterk verminderde toerekeningsvatbaarheid van de verdachte.

Naast de gevangenisstraf moet de man zich in een kliniek laten behandelen. Tot slot mag hij 4 jaar geen motorrijtuigen besturen.