Gevangenisstraf voor de duur van 11 jaar voor doodslag op echtgenote

Een 58-jarige man uit Maastricht is op 24 februari 2022 door de rechtbank Limburg veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 11 jaar voor de doodslag op zijn echtgenote. De man heeft op 6 september 2020 in Maastricht zijn echtgenote opzettelijk van het leven beroofd.

De man heeft op 6 september 2020 zijn echtgenote, die op dat moment in hun echtelijke woning in hun bed lag te slapen, met een hamer tweemaal op haar hoofd geslagen en haar tweemaal met een scherprandig voorwerp in haar hals gestoken. Hierdoor is het slachtoffer overleden.

Vrijspraak van moord
De rechtbank stelt vast dat er sprake is geweest van een korte tijdspanne tussen het besluit tot levensberoving en de uitvoering van dat besluit. Immers, het besluit tot levensberoving door de verdachte is niet eerder genomen dan direct voorafgaand aan het moment waarop hij de hamer heeft gepakt. Er zijn geen aanwijzingen in het dossier dat dit besluit eerder heeft plaatsgevonden. Vervolgens is de verdachte met de hamer naar boven gegaan en heeft het slachtoffer op haar hoofd geslagen. De rechtbank neemt hierbij in aanmerking dat de tijd die nodig is om de afstand af te leggen tussen de plek waar de verdachte de hamer heeft gepakt en het bed waar het slachtoffer op dat moment lag te slapen ongeveer 21 seconden bedraagt. Aan de rechtbank is niet gebleken dat de verdachte vóór het door hem genomen besluit dan wel tussen het besluit en de uitvoering daarvan (het slaan met de hamer) voldoende tijd heeft gehad om zich op dat besluit te beraden noch dat hij zich op dat besluit daadwerkelijk beraden heeft. Naar het oordeel van de rechtbank kan er dan ook geen sprake zijn van handelen met voorbedachten rade.

De gevangenisstraf
De officier van justitie is bij het formuleren van haar eis uitgegaan van een bewezenverklaring van moord. De rechtbank acht echter doodslag bewezen. Bij het bepalen van de straf wordt daarmee rekening gehouden.

De rechtbank rekent het de verdachte zwaar aan dat hij zijn echtgenote, terwijl zij lag te slapen in haar eigen slaapkamer, koelbloedig om het leven heeft gebracht. De verdachte werd hierbij gedreven door wraak omdat het slachtoffer een relatie had met een ander. Tijdens de zitting heeft de rechtbank niet de indruk gekregen dat bij verdachte sprake was van oprecht berouw. De rechtbank komt tot oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van 11 jaar.

Schadevergoedingen
De 3 zonen van het slachtoffer hebben affectieschade gevorderd. Vanwege de affectieschade die zij hebben geleden, moet de verdachte aan elke zoon van het slachtoffer 17.500 euro aan schadevergoeding betalen.