Eindelijk olympisch goud voor Zweedse curlinggrootheid Edin

Het olympisch curlingtoernooi bij de mannen zit er weer op. In Beijing werd zaterdag de finale gespeeld tussen de Zweedse ploeg van Niklas Edin en de voor Groot-Brittannië uitkomende Schotse ploeg van Bruce Mouat.

Edin is een ware grootheid in het curling: de 36-jarige Zweed won al vijf wereldtitels, werd zeven keer Europees kampioen en pakte olympisch brons in 2014 en zilver in 2018, maar goud ontbrak nog. Mouat en zijn team verloren vorig jaar de WK-finale van Edin en co, maar zijn wel de regerend Europees kampioenen - Edin werd daar verslagen.

Zweden stond in de finale bijzonder sterk te spelen, naast Edin deden ook Christoffer Sundgren, Rasmus Wranå en Oskar Eriksson het bijzonder goed. Bij Mouat had Bobby Lammie het wat lastiger, Hammy McMillan Jr en Grant Hardie gooiden wel sterk. Na vier ends stond er een 3-2 voorsprong voor de Zweden op het bord, in het zevende end trokken de Britten de stand gelijk.

Edin en co pakten er in het achtste end een punt bij en kregen in het tiende end de kans om het af te maken, maar dat lukte niet: Mouat kwam met één punt langszij. Een extra end was nodig en daarin sleepte Edin het met zijn mannen alsnog binnen: 5-4 en eindelijk olympisch goud.

Het duel om brons werd een dag eerder gespeeld tussen de Amerikaanse ploeg van regerend kampioen John Shuster en het team van de Canadees Brad Gushue, winnaar van goud in 2006. Het ging redelijk over en weer en na zeven ends hadden de Amerikanen een 5-4 voorsprong. Gushue liet zich echter niet kennen en met twee dubbele scores in het achtste en negende end trok hij met Geoff Walker, Brett Gallant en Mark Nichols toch het brons naar zich toe: 8-5.