Schansspringster Bogataj stunt met olympisch goud

Op de Olympische Spelen in Beijing is het schansspringen zaterdag van start gegaan. Dat gebeurde met de tamelijk nutteloze kwalificatie bij de mannen, 3 van de 53 deelnemers vielen af, en de individuele wedstrijd bij de vrouwen.

In de eerste ronde maakten de favorieten - in elk geval bij gebrek aan de door COVID-19-tests gevelde Marita Kramer - hun rol waar: Slovenië stond met drie dames in de top-4, maar de Duitse Katharina Althaus ging aan de leiding. Ursa Bogataj voerde de Sloveense armada aan, voor Nika Kriznar en Ema Klinec. Op plek vijf stond de Japanse veterane Sara Takanashi, die in haar gigantisch succesvolle (World Cup-)carrière nog altijd geen enkele mondiale titel gepakt heeft.

Takanashi opende de top-5 in de finaleronde: de Japanse pakte overtuigend de eerste plek en zag hoe Klinec vroegtijdig landde en bijna onderuit ging. Kriznar kreeg het wél voor elkaar: zij pakte plek één en verzekerde zich zo van olympisch eremetaal. Bogataj deed het nóg beter en met alleen Althaus nog te gaan was dubbel Sloveens succes een feit. De Duitse favoriete had een beetje pech met de wind, maar was ook net niet goed genoeg: zilver voor Althaus en goud voor Bogataj.

De 26-jarige Sloveense Bogataj springt al mee sinds het allereerste begin van de World Cup, eind 2011 was ze er als jonge tiener al bij. Ze won echter geen enkele van haar 152 World Cup-wedstrijden, maar met olympisch goud zal haar carrière toch ongetwijfeld compleet zijn.