Noren verslaan Duitsers op noordse combinatie

Tijdens de World Cup noordse combinatie in Lillehammer is de eerste titanenstrijd op de landenwedstrijd uitgevochten: Noorwegen tegen Duitsland, waarbij de rest vooral mee zou doen om spek, bonen en de derde plek.

Vooraf kon wel een beetje ingetekend worden dat het tussen Duitsland en Noorwegen zou gaan en die twee landen waren op de schans alvast het sterkst. Eric Frenzel, Manuel Faisst, Terence Weber en Vinzenz Geiger sprongen namens Duitsland 21 seconden bij elkaar ten opzichte van de Noren Espen Bjørnstad, Jens Lurås Oftebro, Jørgen Gråbak en Jarl Magnus Riiber. De strijd om plek drie leek te gaan tussen Stefan Rettenegger, Martin Fritz, Lukas Klapfer en Johannes Lamparter uit Oostenrijk en de Japanners Sora Yachi, Ryota Yamamoto en Yoshito en Akito Watabe.

Op de langlaufski's liep Frenzel nog eens twintig seconden weg bij Bjørnstad, terwijl Rettenegger en Yachi de vijf kilometer grotendeels samen afwerkten. Oftebro wist het gat naar Faisst te verkleinen naar achttien seconden, waardoor we ongeveer terug bij af waren. Fritz en Yamamoto vertrokken en finishten samen, waardoor de strijd om plek drie nog altijd open was tussen Oostenrijk en Japan.

Gråbak kwam met rasse schreden dichter bij Weber en bij de wissel naar de slotlopers sloot hij aan: Riiber nam het Noorse stokje over, hij ging het duel aan met Geiger. Klapfer viel ondertussen Yoshito Watabe aan, Lamparter en Akito Watabe mochten strijden om plek drie. Met de finish bijna in zicht gooide Riiber de turbo erop, maar Geiger pareerde. De Noor gooide er echter nog een versnelling uit en die werd Geiger te machtig: Noorwegen won, voor Duitsland, waarna Watabe de zinderende sprint om plek drie won van Lamparter.