Boksers Andrade, Martinez en Akhmadaliev behouden wereldtitels

De boksliefhebbers kennen een mooi weekeinde, vrijdagavond begon dat al in het Amerikaanse Manchester in New Hampshire. Daar stonden maar liefst drie titelgevechten op het programma, terwijl zaterdagavond in Las Vegas Terence Crawford en Shawn Porter in de ring stappen.

Dat begon met de Oezbeek Murodjon Akhmadaliev (9-0), die zijn WBA Super- en IBF-wereldtitels in het superbantamgewicht (-55,3kg) voor de tweede keer verdedigde. De Chileense veteraan Jose Velasquez (29-6) vocht dapper en gaf niet op, maar het was niet genoeg: Akhmadaliev won elf van de twaalf ronden en verdedigde zijn titel overtuigend.

Julio Cesar Martinez (18-1) mocht zijn WBC-wereldtitel in het vlieggewicht (-50,8kg) voor de vierde keer verdedigen en had met McWilliams Arroyo (21-4) uit Puerto Rico een ervaren tegenstander in de ring. Arroyo sloeg de Mexicaan in de eerste ronde met een prachtige linkerhoek zowaar tegen het canvas, maar kreeg zelf ook een knockdown te verduren. In de tweede ronde ging Arroyo nog eens neer en na een ongelukkige kopstoot moest hij met een oogblessure opgeven: een no contest als anticlimax.

Al sinds 2018 is de WBO-wereldtitel in het middengewicht (-72,6kg) in handen van Demetrius Andrade (30-0) en vrijdag mocht hij die voor de vijfde keer verdedigen, met de Ier Jason Quigley (19-1) als tegenstander. Dat duurde niet heel lang: Andrade was vier maten sterker en in de tweede ronde maakte de scheidsrechter er een meer dan terecht einde aan om Quigley van verdere klappen te behoeden.