EU digitaal Covid-certificaat: voorlopig akkoord tussen Parlement en Raad

Het EP en de Raad bereikten donderdag een voorlopig akkoord over een EU digitaal Covid-certificaat voor het faciliteren van vrij verkeer in Europa tijdens de pandemie.

Het certificaat zal digitaal en op papier beschikbaar komen. Het zal aantonen dat iemand is gevaccineerd tegen het coronavirus, recent een negatief testresultaat heeft ontvangen, of recent is hersteld van een infectie met het virus. In de praktijk zullen dit drie verschillende certificaten zijn. Een gezamenlijk EU-raamwerk zal ervoor zorgen dat de certificaten die lidstaten uitgeven ook zullen worden geaccepteerd in andere EU-landen.

De verordening voor het EU digitaal Covid-certificaat zal twaalf maanden gelden. Het certificaat zal geen voorwaarde zijn om het recht van vrij verkeer uit te oefenen en zal niet worden beschouwd als een reisdocument.

Financiële steun voor betaalbaar en toegankelijk testen
Om “betaalbaar en toegankelijk testen” ruimer beschikbaar te maken, heeft de Europese Commissie toegezegd om minstens €100 miljoen vrij te maken uit het Instrument voor noodhulp voor de aankoop van testen voor een SARS-CoV-2-infectie, speciaal voor het uitgeven van digitale EU Covid-testcertificaten. Dit is vooral bedoeld voor mensen die dagelijks of frequent de grens oversteken om naar school of werk te gaan, om familieleden te bezoeken, medische zorg te ontvangen of te zorgen voor geliefden. Daarnaast is het ook geschikt voor essentiële werknemers.

Aanvullende reisbeperkingen alleen als het aantoonbaar nodig is
Lidstaten zouden geen aanvullende reisbeperkingen zoals quarantaines, zelfisolatie of testen mogen instellen, “tenzij die noodzakelijk en proportioneel zijn voor het beschermen van de volksgezondheid”. Er moet rekening worden gehouden met beschikbaar wetenschappelijk bewijs, “waaronder epidemiologische gegevens die zijn gepubliceerd door het Europees Centrum voor ziektepreventie en - bestrijding (ECDC)”. Dergelijke maatregelen moeten ministens 48 uur op voorhand worden genotificeerd aan andere lidstaten en aan de Commissie.

Vaccins
Lidstaten moeten vaccinatiebewijzen die zijn uitgegeven in andere lidstaten accepteren voor personen die zijn ingeënt met een vaccin dat is goedgekeurd voor gebruik in de EU door het Europees Geneesmiddelenagentschap (EMA); momenteel zijn dit Pfizer-BioNTech, Moderna, AstraZeneca en Janssen. Het is aan de lidstaten om te besluiten of zij ook vaccinatiebewijzen van andere lidstaten accepteren die zijn uitgegeven op basis van nationale procedures voor toelating van vaccins op een lijst van de Wereld Gezondheidsorganisatie voor noodgebruik.

Waarborgen voor gegevensbescherming
De certificaten en de elektronische zegels in het document zullen worden geverifieerd om fraude en namaak te voorkomen. Persoonsgegevens die uit het bestand gehaald kunnen worden, kunnen niet worden opgeslagen in de landen van bestemming en er zal geen centrale database komen op EU-niveau. De lijst van entiteiten die data kunnen verwerken en ontvangen zal openbaar zijn zodat burgers hun recht op de bescherming van persoonsgegevens kunnen uitoefenen zoals vastgelegd in de Algemene Verordening Gegevensbescherming.

Volgende stappen
De overeengekomen tekst zal nu op 26 mei ter stemming worden gebracht in de parlementaire commissie Burgerlijke vrijheden en dan in de plenaire. Ook de Raad moet deze goedkeuren. Als de parlementaire commissie goedkeuring verleent dan zal de tekst in stemming worden gebracht tijdens de plenaire vergadering van 7 - 10 juni 2021.