Stook-alert in Gelderland en Limburg: open haard mag niet aan

In de provincies Gelderland en Limburg geldt een stook-alert. Mensen krijgen het advies geen hout te stoken tijdens het stook-alert, omdat de weersomstandigheden zodanig zijn dat de rook blijft hangen en gezondheidsklachten kan veroorzaken. Het stook-alert is gisteravond ingegaan en geldt waarschijnlijk tot vanmorgen, dan wordt de situatie opnieuw beoordeeld door het KNMI en het RIVM. Zo meldt Tubantia.

Houtrook is ongezond. Bij ongunstige weersomstandigheden of een slechte luchtkwaliteit blijft rook langer hangen. Met een stookalert roept het RIVM, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, mensen op om dan geen hout te stoken. Dit kan gezondheidsklachten bij mensen in de omgeving voorkomen.

Het stookalert geldt voor particuliere houtstook die gericht is op sfeerverwarming: kachels, open haarden, vuurkorven, pelletkachels. Het stookalert is niet gericht op bedrijven. Het stookalert geldt ook niet voor mensen die een kachel als hoofdverwarming gebruiken.

Het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu kan een stookalert versturen in drie situaties: ongunstige weersomstandigheden, een slechte luchtkwaliteit (smog) door fijnstof of een combinatie van deze twee. Het RIVM geeft een stookalert af op basis van verwachtingen van het weer en de luchtkwaliteit. Bij de weersverwachting kijkt het KNMI Koninklijk Meteorologisch Instituut naar de windsnelheid en de dikte van de onderste luchtlaag. Bij weinig wind en een dunne onderste luchtlaag kan rook blijven hangen. Het stookalert gaat uit als de helft van een provincie minimaal 6 uur lang een verwachting heeft voor deze ongunstige weersomstandigheden. Daarnaast kijkt het RIVM naar smog door fijnstof.

Houtrook bestaat uit een mengsel van zeer veel verschillende stoffen. Het gaat naast koolstofdioxide en water om een complexe mix van gassen en deeltjes. Een greep uit de verscheidenheid aan stoffen die vrij kunnen komen bij (goede) houtverbranding:

  • fijnstof (waaronder ultrafijnstof);
  • anorganische gassen (zoals koolmonoxide, stikstofoxiden);
  • vluchtige organische stoffen (onder meer benzeen, styreen, 1,3-butadieen, n-hexaan);
  • polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s, waaronder benzo(a)pyreen, dioxines);
  • aldehyden, fenolen, levoglucosan en quinonen (zoals respectievelijk formaldehyde, cresol enhydroquinone, guiacol en andere hydroxyfenolen);
  • organische zuren (onder meer azijnzuur).
  • methoxyfenolen (specifiek bij houtrook)