Werkloosheid licht gedaald

In oktober waren 406.000 mensen werkloos, dat is 4,3 procent van de beroepsbevolking. In de afgelopen drie maanden daalde het aantal werklozen met gemiddeld 4.000 per maand. Een dergelijke daling, gemeten over drie maanden, deed zich voor het laatst voor in maart van dit jaar. Het aantal werkenden groeide in de afgelopen drie maanden met gemiddeld 14.000 per maand. Dat meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers over de beroepsbevolking. UWV registreerde eind oktober 278.000 lopende WW-uitkeringen.

De beroepsbevolking (alle werkenden en werklozen samen) groeide in de afgelopen drie maanden met gemiddeld 9.000 mensen per maand. Dat komt vooral door een sterke toename van het aantal werkenden in oktober. 4,2 miljoen mensen hadden in oktober om uiteenlopende redenen geen betaald werk. Naast werklozen ging het om 3,8 miljoen mensen die niet recent hebben gezocht en/of niet direct voor werk beschikbaar waren. Zij worden niet tot de beroepsbevolking gerekend. Hun aantal is in de laatste drie maanden met gemiddeld 5.000 per maand gedaald.

Werkloosheid in oktober verder gedaald
Om de conjuncturele ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in verschillende landen te kunnen vergelijken, wordt vaak gebruikgemaakt van de werkloosheidsindicator van de International Labour Organization (ILO). Volgens deze indicator zijn mensen van 15 tot 75 jaar die geen betaald werk hebben, maar daar wel recent naar hebben gezocht en direct beschikbaar zijn, werkloos. Met 406.000 werklozen in oktober was 4,3 procent van de beroepsbevolking werkloos. In september was dat 4,4 procent (413.000). Tussen maart en augustus nam de werkloosheid nog maandelijks toe, van 273.000 naar 426.000.

UWV: Aantal lopende WW-uitkeringen in oktober gelijk gebleven
Nadat het aantal lopende WW-uitkeringen twee maanden op rij gedaald is, vond in oktober een stabilisatie plaats. Eind oktober zijn er, evenals in september, 278.000 WW-uitkeringen verstrekt. In vergelijking met oktober vorig jaar ligt het aantal WW-uitkeringen 19,2 procent hoger. De grootste stijging op jaarbasis is bij de dienstverlenende beroepen en de transport- en logistiekberoepen.

UWV: Meer nieuwe WW-uitkeringen, vooral in de horeca
In oktober werden er gemiddeld 8.500 nieuwe WW-uitkeringen per week verstrekt. Dat is een toename van 37 procent ten opzichte van september. De grootste stijging was in de horeca. Omdat er ook gemiddeld 8.500 WW-uitkeringen per week werden beëindigd, is het totaal aantal uitkeringen gelijk gebleven.

Daling aantal werklozen
De daling van het aantal werklozen in de afgelopen drie maanden is een resultaat van onderliggende stromen tussen de werkzame, de werkloze en niet-beroepsbevolking. Het onderstaande schema laat die stromen zien.

In oktober waren 406.000 mensen werkloos. Drie maanden eerder, in juli, waren er 419.000 werklozen. In deze periode nam het aantal werklozen dus met 13.000 af (gemiddeld 4.000 per maand). Dit kwam vooral doordat meer mensen een baan vonden (van werkloos naar werkzaam) dan er werkloos werden doordat ze geen werk meer hadden (van werkzaam naar werkloos). Per saldo daalde het aantal werklozen hierdoor met 30.000 in de afgelopen drie maanden.

Anderzijds was het aantal mensen dat op zoek ging naar werk (van niet-beroepsbevolking naar werkloos) groter dan het aantal werklozen dat stopte met zoeken (van werkloos naar niet-beroepsbevolking). Hierdoor groeide de werkloosheid per saldo met 17.000 personen.

De werkloze beroepsbevolking kan dus groeien door aanwas van de werkende en de niet-werkende kant. In de maanden juli, augustus en september groeide de werkloosheid vooral door de aanwas vanuit de niet-werkenden. Deze was toen veel groter dan in oktober (respectievelijk 67.000, 88.000 en 44.000). Dat kwam doordat er in die periode veel meer mensen op zoek gingen naar werk. Daarnaast groeide de werkloze beroepsbevolking in juli en augustus nog door aanwas vanuit de werkende kant. Sinds september is dit niet meer het geval.

Het aantal mensen met werk daalde aan het begin van de coronacrisis sterk, vooral onder jongeren. In de afgelopen paar maanden was het baanverlies minder groot en nam de toestroom vooral bij jongeren uit de niet-beroepsbevolking weer toe tot het niveau van voor de crisis. Zo nam het aantal werkenden weer toe.