NASCAR: Chaos en drama op de Roval

De derde en laatste race van de tweede playoffronde in de NASCAR Cup Series heeft voor flink wat chaotische momenten gezorgd. De race werd verreden op de Roval in Charlotte, een combinatie van de oval aldaar en de road course op het binnenterrein.

De race op de fraaie en vochtige Roval ging - op regenbanden - van start met Denny Hamlin en Chase Elliott op de eerste rij en Brad Keselowski en Kevin Harvick daar achter, waarbij Keselowski de leiding nam bij de start. Zo reden we naar de competition caution met Keselowski voorop, maar Martin Truex, Clint Bowyer en Elliott gingen er in de pitstraat voorbij.

Richting het einde van de eerste stage reden een paar mannen al op slicks, zoals Ty Dillon en Jimmie Johnson, terwijl de leiders nog op de regenbanden reden en wat langzamer waren. John Hunter Nemechek kwam even vast te staan in het zompige gras en zorgde voor een korte caution, waarna Ty Dillon onder groen de eerste stage verrassend won, voor Christopher Bell en Matt DiBenedetto.

Met Bell, DiBenedetto en William Byron voorop konden we door in stage twee, waar Byron de leiding pakte, tot Blaney die richting het einde van de stage overnam. Kort voor het einde van de stage zorgde JJ Yeley met en spin voor een caution, daarna pakte Blaney de stagewinst, voor Elliott. Kyle Busch reed voor het einde van de stage lek en viel ver terug, waardoor zijn hoop om in de playoffs te blijven in rap tempo begon te slinken.

De tweede helft van de race begon met Byron, Bell en Keselowski voorop, terwijl Elliott met een bandenprobleem een extra stop moest maken. Ty Dillon ging ondertussen het gras even bijpunten, waar dan wel een caution voor kwam. Byron reed bij de herstart weer voorop, Bowyer - die eigenlijk een zege nodig had om door te mogen in de playoffs - zat op de tweede plek klaar om eventueel toe te slaan.

Hoogtepunten van de race (Bron: Youtube)

Met zo'n veertig ronden te gaan kreeg Austin Dillon een tikje van Kyle Busch de muur in: caution. Byron reed daarin te hard in de pitstraat en de raceleider moest achteraan aansluiten, waardoor de leiding in handen kwam van Blaney, voor Ricky Stenhouse, die in de eerste bocht gelijk in de rondte ging. Bowyer bleek ook geraakt te zijn: de sympathieke coureur in de #14 reed langzaam rond en leek gezien voor de winst en dus zijn titelkansen.

De volgende leider, Blaney, kwam ook in de problemen: hij ging door het gras en de blubber en zo kwam Ryan Preece of all places aan de leiding. Dat duurde niet lang, want Alex Bowman, die aangaf zich totaal niet goed te voelen, pakte de eerste plek rap over. Elliott reed dan weer naar voren en passeerde Bowman voor de leiding, tot een crash van Matt Kenseth voor een nieuwe caution zorgde.

Kyle Busch kwam als een van de weinigen niet naar binnen voor nieuwe banden en reed zo ineens aan de leiding, voor Erik Jones en de ineens weer voorin rijdende Hamlin. Jones nam al snel de leiding over van Busch, die ook de oprukkende Elliott langszij zag komen. Dik tien ronden voor het einde kwam Brennan Poole in beeld en dan is één ding duidelijk: caution, want een geniale inhaalactie of iets dergelijks zal het niet zijn.

Met Elliott en Jones voorop begonnen de laatste tien ronden, maar Logano nam die tweede plek rap over. De vierde opeenvolgende road course-zege van Elliott kwam niet meer in gevaar, de strijd om de acht plekken in de volgende playoffronde was ook gestreden. Austin Dillon, Clint Bowyer, kampioen Kyle Busch en de totaal onzichtbare Aric Almirola lagen eruit, Hamlin, Elliott, Kurt Busch, Harvick, Logano, Keselowski, Bowman en Truex strijden om de titel.