NASCAR-coureurs strijden in stevige race in Phoenix

Op de Phoenix Raceway is de vierde race van het NASCAR-seizoen verreden. Dat werd een behoorlijk pittige, want ondanks de niet al te hoge snelheden is de baan wel prima geschikt voor stevige knokpartijen hier en daar, iets wat de heren coureurs zich geen tweede keer lieten zeggen.

Met Chase Elliott op poleposition en Kevin Harvick - negenvoudig racewinnaar in Phoenix - naast hem op de eerste rij werd het groen gezwaaid. Dat was dan gelijk het hoogtepunt van de eerste bijna zestig ronden, tot Ricky Stenhouse Jr met een spin tegen de muur een caution veroorzaakte.

Bij de herstart nam Harvick de leiding over, maar al snel kwam de gele vlag weer: Denny Hamlin en Brad Keselowski raakten elkaar op grofweg de tweede rij en Blaney kon het niet ontwijken, wat bij alledrie voor de nodige schade zorgde. Nog een herstart volgde om de stage af te maken en die werd gewonnen door Harvick, voor Elliott.

De twee tot dan toe dominante coureurs begonnen ook als leiders aan stage twee, waarin een klapband van Austin Dillon vroeg voor een caution zorgde. Bij de herstart pakte de op plek 36 begonnen Martin Truex Jr de leiding, die hij in deel twee van de stage af moest staan aan Keselowski.

Een ongeplande vroege pitstop wierp Elliott flink wat terug, Keselowski bleef op kop en won de tussensprint - die eindigde iets eerder dan gepland, doordat Garrett Smithly - een van de mindere goden - met een probleem kampte. Met Keselowski en nu ook Kyle Larson op de eerste rij begon het derde en laatste deel van de race, met nog dik 110 ronden te gaan.

Keselowski pakte de leiding, de indrukwekkende rookie en Xfinity Series-kampioen Tyler Reddick schoof door naar plek twee. Het duurde niet lang voor Quin Houff in beeld kwam en dat betekent één ding: een caution, want hij had de muur geraakt. Truex pakte bij de pitstops de koppositie over en Logano greep de leiding na de herstart.

Hamlin en Blaney in de problemen

Erik Jones was de volgende die de muur in spinde en een caution veroorzaakte, met minder dan zestig ronden te gaan kwam daardoor bijna iedereen binnen voor vier nieuwe banden. Logano behield de leiding, Harvick, Keselowski en Kyle Busch zaten ook voorin, tot de volgende caution al snel weer kwam: Reddick's sterke race eindigde in de muur.

Dit keer pakte Larson bij de herstart de leiding, tot Chris Buescher na een tikje van Christopher Bell voor de volgende caution zorgde. De volgende groenevlagsituatie duurde nóg korter: na ongeveer één bocht racen tikte Truex de muur in na een duwtje van Aric Almirola en voor de oud-kampioen was het in principe einde verhaal. Blij was hij niet: "That fucking clown in the #10 car", doelend op Almirola.

Hetzelfde riedeltje volgde: caution, groene vlag, herstart en de leiding voor - dit keer - Keselowski, met 24 ronden te gaan. Het ging bijna vijftien ronden goed...bijna. Ross Chastain kwam in contact met rookie Cole Custer en spinde rond in de auto van Ryan Newman, die hij na diens hevige crash op Daytona nog altijd vervangt. Enfin, caution dus, met nog een handvol ronden te gaan.

Met dit keer Logano, Harvick en Kyle Busch voorop konden we weer door voor vier ronden, op weg naar een mooie fin...caution. In de verdrukking in het middenveld ging het fout tussen rookie John Hunter Nemechek en - uiteraard - Stenhouse, waar de tijdens de pitstops teruggevallen Keselowski nog precies langs kon komen.

Nu konden we dan écht door en wel voor de overtime, met Logano en Harvick op de eerste en Larson en Busch op de tweede rij. Wonder boven wonder wist iedereen het testosteronniveau binnen de perken te houden en na een alles-of-nietspoging van Harvick om de winst alsnog te pakken - wat zijn tiende in Phoenix zou zijn geweest - pakte Logano zijn tweede zege van het jaar.

In tegenstelling tot vorige week is de (samenvatting van) de race dit keer wél het kijken waard