Vestia mag zeventien huurders niet op straat schoppen

De kantonrechter in Rotterdam heeft de vordering van Vestia om een aantal huurovereenkomsten te beëindigen afgewezen. Vestia heeft het voornemen om 535 sociale huurwoningen in de Rotterdamse Tweebosbuurt te slopen en daar nieuwe woningen voor in de plaats te bouwen.

Vestia wilde dat de huurders voor 1 januari 2020 hun woning verlieten. Een aantal huurders was het hier niet mee eens en weigerde hun woning te verlaten. Om dat toch af te dwingen stapte Vestia naar de kantonrechter.

Herstructurering
Volgens Vestia sluiten de plannen om de woningen in de Tweebosbuurt te slopen, en daarvoor nieuwe woningen terug te bouwen, aan bij de plannen die de Gemeente Rotterdam en het Rijk hebben voor fysieke kwaliteitsverbetering op Rotterdam Zuid. De sloop en herbouw van woningen heeft (mede) als doel stedenbouwkundige en sociale verbeteringen tot stand te brengen.

Dringend eigen gebruik
De vordering op basis waarvan Vestia de huurovereenkomsten wil laten beëindigen is gebaseerd op artikel 7:274 lid 2 sub c BW (beëindiging huurovereenkomst wegens dringend eigen gebruik). Dit artikel kent een streng beoordelingskader.

Sloop
Binnen dit wettelijk kader kan sloop een reden zijn om de huurovereenkomst te beëindigen. Bijvoorbeeld als de exploitatie van de woningen aanzienlijke verliezen oplevert. Stedenbouwkundige ontwikkeling op zichzelf (zonder bijkomende omstandigheden) is geen grond voor dringend eigen gebruik.

Staat woningen
In deze procedure is de (al dan niet slechte) staat van de woningen geen onderdeel van het juridisch debat en dus niet vast komen te staan. Uit de stukken waarop Vestia haar dringend eigen gebruik baseert, komt wel telkens naar voren dat ook de slechte staat van de woningen in de Tweebosbuurt aanleiding is voor de voorgenomen sloop. Maar Vestia heeft de vordering hier niet op gebaseerd. Het speelt dan ook geen rol bij de beoordeling van de vordering van Vestia.

Betrekken van de bewoners
Er is geen sprake geweest van het (daadwerkelijk) betrekken van de bewoners bij de ontwikkeling van de plannen voor herstructurering. De bewoners is pas om hun mening hierin gevraagd nadat bekend was gemaakt dat hun woningen zouden worden gesloopt en zij hun woningen moesten verlaten. Daarnaast hebben de bewoners in eerste instantie niet of nauwelijks hulp gekregen bij het vinden van andere, geschikte woonruimte. Dit terwijl het algemeen bekend is dat het tegenwoordig, en zeker in Rotterdam, niet eenvoudig is sociale huurwoningen te vinden

Ook is de bewoners niet de mogelijkheid geboden na sloop en nieuwbouw in de wijk terug te keren. Integendeel, Vestia heeft verklaard die mogelijkheid niet te willen geven en daar ook geen verplichting toe te zien. En dat terwijl Vestia als kerntaak heeft om ervoor te zorgen dat personen in verband met hun lage inkomen goed en betaalbaar kunnen wonen (artikel 47 Woningwet).

Woningaanbod
De herstructurering die Vestia voor ogen heeft zou een vermindering opleveren van het aanbod in de laagste categorie van de sociale sector met 347 woningen. Tegelijkertijd zijn er zorgen- die ook door Vestia worden onderschreven- over de ontwikkeling van de voorraad van dat type woningen waardoor de doelgroep ernstig in de knel komt.

Alles afwegende
Er zijn geen motieven van financiële of bouwkundige aard. Het sociaal maatschappelijke motief dat Vestia naar voren brengt voor de Tweebosbuurt blijkt onvoldoende uit de overgelegde stukken. Op stedenbouwkundig vlak is niet aangetoond dat dit deel van de wijk niet in stand zou kunnen blijven. Alles afwegende komt de kantonrechter tot het oordeel dat de herstructureringsplannen de strenge toets van het dringend eigen gebruik niet kunnen doorstaan.

De vordering van Vestia tegen zeventien huurders is daarom in de vrijdag uitgesproken vonnissen afgewezen.