Verdachte plaatsen granaat betuigt spijt, OM gelooft er weinig van

Veertig maanden gevangenisstraf. Dat hoorde verdachte van het plaatsen van een handgranaat Desley G. (22) vandaag tegen zich eisen. De granaat bevond zich aan de brievenbus van de Eerste Coehoornstraat in Amsterdam, bij een bestuurder van de Nasr moskee. De verdachte laat niks los over zijn precieze betrokkenheid en motief, maar er stonden afdrukken van zijn duim en handpalm op de tape waarmee de granaat was vastgeplakt. Desley G. bood vandaag zijn excuus aan, maar het OM neemt die spijt niet echt serieus.

'Ik ben betrokken geweest bij het incident en ik wil mijn excuses aanbieden aan de slachtoffers en de mensen die dat is overkomen.' Met die woorden opent 22-jarige verdachte Desley G. - een blauwe jas met bontkraag over zijn stoel, gele gympen, vlassig baardje - de zaak vandaag in de rechtbank. Meer laat hij niet los. Op iedere verdere vraag over zijn exacte rol en zijn motieven is het antwoord hetzelfde: 'Ik beroep me op mijn zwijgrecht.'

Toch zijn afdrukken van zijn duim en handpalm aangetroffen op de tape waarmee de granaat werd bevestigd aan de brievenbus van het huis aan de Eerste Coehoornsstraat, stelt de Officier van Justitie bij het opnoemen van de feiten. 'Er is aangifte gedaan namens de bewoners, de familie Bouakili, waarvan Ali Bouakili ook bestuurslid en woordvoerder was van de Nasr Moskee.' Hij is vandaag niet aanwezig, zijn vrouw zit wel in de zaal.

Bouakali was al eerder doelwit van bedreigingen. Dit zou te maken hebben met een weigering van het moskeebestuur om een doodsgebed uit te spreken voor de omgekomen Syriëganger Sarah L. en haar dochter te organiseren. Desley G. zegt hier allemaal niks van te weten. Zelf is hij niet gelovig, zo maakt hij met korte antwoorden op vragen van de rechter duidelijk. Wel heeft hij 'een prachtige vrouw die moslima is.'

Mishandeling
Maar ook voor mishandeling van die vrouw in mei 2018 moet Desley G. vandaag voorkomen. Zelf ziet hij dit anders. 'Ik heb haar slechts een tik verkocht. Dat was niet netjes van me. Maar het is geen mishandeling.' Uit het onderzoek komt naar voren hoe de verdachte met vuurwapens en magazijnen op foto's staat. Ook zou hij met grote pakken geld poseren en op een filmpje zeggen dat zijn 'stacks hoger zijn dan zijn haar'.

Het is niet de eerste keer dat de verdachte in de rechtbank verschijnt. In een recent rapport van de reclassering wordt gesproken over een 'slechte maatschappelijke inbedding', geen werkervaring en geen vaste woon- of verblijfplaats. De aan de verdachte voorgehouden conclusie van gebrek aan zelfinzicht stuit Desley G. tegen de borst. 'U doet of ik een domme jongen ben en of ik leef zonder een doel. Dat is niet zo. Natuurlijk leef ik met een doel. Alleen is het niet zo goed verlopen de afgelopen tijd.'

Hij geeft aan zeker wel hulp te kunnen gebruiken bij het opbouwen van zijn leven. Wat hij dan wil? 'Wit geld, een baantje, een huis.' Maar de officier vraagt zich af wat het nut van hulp zal zijn. Want er zijn, zo blijkt uit het rapport, al vele pogingen gedaan. 'De Top 600-aanpak, Spirit, begeleid wonen. Maar allemaal zonder resultaat', aldus de officier.

Ook de spijtbetuiging van vandaag maakt niet veel indruk op het OM: 'Er wordt niks duidelijk over uw motief of exacte betrokkenheid. Wat is spijt waard als je het op deze manier uit? Ik zou daar als slachtoffer niks mee kunnen.' Er is voor het OM geen twijfel dat Desley G. degene is die de granaat bevestigde. 'Ook is het vermoeden groot dat er mede-daders zijn, maar wie is helaas ongewis.'

Buitengewoon ernstig
De officier benadrukt nogmaals de ernst van het feit. 'Stel je voor, iemand haalt zo' n granaat eraf. Het kan een kind zijn. Dan zijn de gevolgen niet te overzien en daarom is dit zo buitengewoon ernstig.' Reden om een straf te eisen van veertig maanden, zonder voorwaarden. Officier van Justitie: 'Meneer G. zegt open te staan voor hulp, maar tot dusver komt hij zijn beloftes in trajecten niet na. Dus wat zijn de intentie die hij nu uitspreekt eigenlijk waard?'

De hoogte van de straf motiveert de officier als volgt: 'De ernst van de feiten, we hebben in Amsterdam helaas te maken met mensen die het nodig vinden anderen bang te maken met handgranaten. Het is een groot maatschappelijk probleem waarbij we duidelijk moeten maken dat dit totaal niet kan en hier fors voor moet worden gestraft.'

De advocaat van de verdachte benadrukt in zijn pleidooi dat er geen enkele link te vinden is tussen de eerdere bedreigingen van Bouakili en zijn cliënt. Ook vindt hij de proceshouding van Desley G. wel degelijk veranderd en noemt zijn intenties nu wel echt hulp te willen oprecht. Over twee weken doet de rechter uitspraak.