Landschap verdient volwaardige plek in het ruimtelijk beleid

In het signalenrapport "Zorg voor landschap. Naar een landschapsinclusief omgevingsbeleid" pleit het PBL ervoor om de kwaliteit van het landschap volwaardig mee te wegen bij de keuzes die worden gemaakt bij het plannen van projecten die de beleving van de leefomgeving beïnvloeden. Het klimaatakkoord, de voortgaande verstedelijking, het natuurbeleid en veranderingen in de landbouw leggen steeds meer claims op het landschap. Bijvoorbeeld met het aanleggen van zonneparken, windmolenparken, grote distributiecentra en woonwijken.

Het landschapsbeleid is in 2012 gedereguleerd en de zorg voor het landschap is niet voldoende geborgd in de Omgevingswet. Landschap is een publiek belang; voor ingrepen in het landschap is maatschappelijk draagvlak wenselijk. Politiek en beleid zijn zich hiervan bewust.
Het ministerie van BZK werkt aan een Beleidsbrief Landschap die in 2019 zal verschijnen als aanvulling op de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). In het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl), dat onder de nieuwe Omgevingswet hangt, en in het nieuwe Gemeenschappelijk landbouwbeleid van de EU kunnen belangrijke stappen worden gezet naar een landschapsinclusief omgevingsbeleid

Zorg om landschap
Het Nederlandse landschap is de afgelopen 30 jaar sterk veranderd. Het areaal bebouwd gebied is toegenomen van 12 naar 16 procent en het aantal windturbines op land is gestegen van 300 in 1990 tot ruim 2.000 in 2019. Ook het aantal datacenters in het buitengebied is jaarlijks met 10 procent toegenomen. Karakteristieke sloten en houtwallen zijn verdwenen als gevolg van de efficiencyvergroting in de landbouw. In 2017 waren er 22 zonneparken van meer dan 1 megawatt in Nederland; inmiddels zijn dit er 80. De druk op het Nederlandse landschap neemt toe. Burgers maken zich zorgen over het verdwijnen van de openheid, vergezichten en bomen, en over de toename van het aantal windmolens, zonneparken en ‘distributie- en datadozen’.

Landschappelijke kernwaarden inventariseren
In het huidige omgevingsbeleid is het landschap vaak een sluitpost met als gevolg dat ons landschap versnippert en de zorg over de toekomst van het Nederlandse landschap toeneemt. Om ‘landschapsinclusief’ omgevingsbeleid te stimuleren is het wenselijk om het landschap expliciet te borgen in het Besluit kwaliteit leefomgeving. Dit stimuleert provincies tot het inventariseren van hun landschappelijke kernwaarden. Hieraan kunnen dan doelstellingen worden verbonden voor waterschappen en gemeenten.

Meervoudig ruimtegebruik stimuleren
De opgaven met betrekking tot energietransitie, landbouw, verstedelijking, klimaatadaptatie en biodiversiteit vragen om ingrepen die lokaal vaak goed zijn te combineren. Combineren van functies leidt tot meervoudig ruimtegebruik en daarmee ruimtebesparing. Dit kan zorgen voor een als mooier ervaren landschap. Het Rijksprogramma Ruimte voor de Rivier heeft bewezen dat dit kan: nationale waterveiligheidsdoelen werden verbonden aan doelen voor natuur, landschap en recreatie. De aanbeveling van de PBL-studie is om functies waar dit kan te verbinden en alleen te scheiden als dit niet anders kan, bijvoorbeeld bij de functies natuur en intensieve landbouw.

Waardevolle landschappen en Nationale parken nieuwe stijl
Landschappen met een grote betekenis voor de Nederlandse samenleving en unieke cultuurhistorische of aardkundige waarden zijn onvervangbaar en verdienen nationale aandacht. De Nederlandse nationale parken zijn echter kwetsbaar. Het PBL beveelt aan om een schil rond deze parken te ontwikkelen met hierin extra aandacht voor meervoudig en landschapsinclusief ruimtegebruik. Dit biedt mogelijkheden om Nationale parken beter in te passen in hun directe landschappelijke omgeving en ruimtelijk en functioneel te verbinden met die omgeving. Zo kan Nederland Nationale parken krijgen met een robuuste kern natuurgebied en daaromheen een schil van natuur- en cultuurlandschappen.