OKT Hockey: Apathisch Oranje blameert zich tegen verrassend Pakistan

Nederland-Pakistan was vooraf de wedstrijd die Oranje alleen maar kon verliezen, als grote favoriet. Dat een matig Oranje in het ‘Wonder van het Wagener’ gelijkspeelde tegen de sluwe Pakistanen kan in de boeken als een van de grootste verrassingen in het moderne hockey. Nederland heeft zondag nog zestig minuten om de vorm te vinden, anders is de olympische droom voor het eerst sinds 1936 voorbij.

De Pakistanen bewezen al bij de start van de confrontatie dat de Aziaten niet alleen baltovenaars zijn op het hockeyveld. Ook daarbuiten toverden ze deze week. Alles was voor de voormalige grootmacht Pakistan geoorloofd deze allesbeslissende 120 minuten om Tokio te halen: besloten wedstrijden tegen Duitsland, virtuele rookgordijnen met nieuwsberichten dat de Pakistaanse aanvoerder Muhammad Rizwan geblesseerd was en dat de ervaren Muhammad Irfan niet over een visum beschikte. Uiteindelijk deden ze allemaal mee tegen Nederland.

Voor deze confrontatie reageerden Pakistaanse supporters op social media over de uitkomst en de kansen vooral zo: ‘Insjallah’, als God het wil. De baltovenaars gingen God wél een handje helpen, niet alleen door fake news te verspreiden, maar vooral door in een vol Wagener Stadion met het hart aan de olympische kwalificatiewedstrijd te beginnen.

Oranje daarentegen leek met twintig kilo op de rug te hockeyen. Het gewicht van de do-or-die wedstrijden leek de Nederlandse ploeg lang te verlammen. Oranje rende naar achteren, keek apathisch naar de lichtgroene Pakistaanse shirts en hun felgele sokken, en leek in paniek toen het na vijf minuten simpel een strafcorner tegen kreeg. De onervaren Maurits Visser – vervanger van Pirmin Blaak en Sman van der Ven – mocht meteen vissen, toen Mubashar Ali netjes raak pushte.

Bondscoach Max Caldas stond al meteen op en paniek kroop in de ploeg. In plaats van naar voren te hockeyen en overtuigend druk te zetten, bleef Oranje een beetje hangen. Als los zand. Wachtend op een oplossing die er maar niet kwam.

Oranje had twee grove Pakistaanse fouten nodig om op gelijke hoogte komen. Eerst verdedigde Muhammad Irfan verkeerd uit, waarna keeper Amjad Ali onnodig hard inkwam op Terrance Pieters, die in een moeilijke hoek stond. Mink van der Weerden klaarde ze klus vanaf de strafbalstip en de opluchting was voelbaar in het Wagener Stadion. Want Oranje had 24 wedstrijden dit kalenderjaar gespeeld en Pakistan maar twee deze week, na tien maanden zonder wedstrijd. Het leek lange delen van de wedstrijd andersom. Zo onwennig en gespannen acteerde Oranje.

Oranje leek heel even los toen Bjorn Kellerman vlak na de 1-1 netjes de 1-2 binnensloeg met een goede individuele actie. Het publiek leek zich op te maken voor meer goals, maar het tegenovergestelde gebeurde. Pakistan kreeg na een lange videoreferrral een strafcorner, schakelde uitloper Sander Baart in de eerste poging uit, die het veld af moest, waarna Ali Ghazanfar netjes binnen tipte.

2-2 na dertig minuten. Wie dat had voorspeld, was van tevoren voor gek verklaard. Valentin Verga en Robbert Kemperman waren weer teruggehaald na tien maanden afwezigheid. Floris Wortelboer maakte zijn comeback en speelde zijn vijftigste interland. Oranje was bijna op volle oorlogssterkte, op het lastminute afhaken van de geblesseerde Jeroen Hertzberger na. Wat kon er misgaan?

Heel veel, bleek in Amstelveen. Dat de viervoudig wereldkampioen uit Azië zo sterk speelde, is een overwinning voor het hockey. Dat vice-wereldkampioen Oranje apathisch toekeek, was verrassend. Bij de vierde strafcorner van Pakistan – een harde bal die via de stick van Baart ongelukkig op de voet van Mink van der Weerden belandde – bleken de Pakistanen supereffectief.

De aanvoerder die niet zou spelen vanwege rugpijn, gaf de bal aan en kon geheel vrij met zijn backhand de 2-3 binnen tippen. Toen gingen de gedachten toch terug naar het mislukte EK in Antwerpen. Ook toen was Oranje in de halve finale onmachtig tegen Spanje en was het geen team. Hetzelfde gebeurde zaterdag in het Wagener Stadion, in een wedstrijd tussen de nummer drie en zeventien van de wereld.

Oranje kreeg kansen, zag Bjorn Kellerman voorlang schieten. Mirco Pruyser kon Bob de Voogd net niet vinden in de cirkel, terwijl hij alle tijd had. De tijd tikte hard weg richting het einde van de zestig minuten, toen de teruggekeerde Robbert Kemperman voor wat verlossing zorgde bij de tweede paal. Het Wagener Stadion werd wakker.

Toen Pakistan vlak voor tijd nog een strafcorner mocht nemen, hield het hele stadion zijn adem in. Maurits Visser redde met de klomp. Dat dit voor extatisch gejuich zorgde, vertelde veel over het spelbeeld. Even later was het alsnog Mubashwar Ali die zijn tweede sleep van de dag scoorde. Jip Janssen raakte nog de lat en elke beslissing van de scheidsrechter werd hevig betwist door de furieuze Pakistanen. Mink van der Weerden stond toen op, hij pushte de 4-4 binnen en vierde dat met een extatisch juichen. Zijn tweede van de dga.

De hockeywereld stond zaterdag even op zijn kop. Het scorebord loog niet: Nederland 4, Pakistan 4. Alsof we weer in de jaren negentig waren, toen wereldkampioen Shahbaz Ahmed – de Maradona van het hockey – de hockeyvelden betoverde met zijn solo’s. Tokio lijkt nog ver weg na deze vertoning in het Wagener Stadion en het is ook de vraag wat Oranje in deze vorm te zoeken heeft in de Japanse hoofdstad, als het zich plaatst.

Mink van der Weerden heeft Nederland met een benutte strafcorner in de laatste seconde behoed voor een sensationele nederlaag tegen Pakistan. Oranje had het zaterdagmiddag heel moeilijk met de verrassend sterke Pakistanen en mocht niet klagen met een 4-4 eindstand. Zondag is het tweede duel in de strijd om een olympisch ticket.

Nederland 4-4 Pakistan. (PRO SHOTS/Bart Scheulderman)
Nederland 4-4 Pakistan. (PRO SHOTS/Bart Scheulderman)