Poging tot doodslag met insuline

Anakha

Voor een poging tot doodslag – door een grote hoeveelheid insuline toe te dienen aan een slachtoffer die helemaal geen suikerpatiënt is – is een forse celstraf geëist tegen een 53-jarige vrouw uit Franeker. Voor de rechtbank Leeuwarden hoorde zij 42 maanden cel tegen zich eisen, waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar.

Volgens de verdachte wilde zij – samen met haar toenmalige vriend – uit het leven stappen door grote hoeveelheden insuline in te spuiten. De vrouw is diabetespatiënt en beschikt daarom over insuline.

Toen de man bijkwam in het ziekenhuis, verklaarde hij dat er helemaal geen gezamenlijk suïcideplan was: "Ik heb nog teveel plezier in het leven." De officier: "Hij ontkent stellig een doodswens te hebben gehad." Het slachtoffer zegt dronken te zijn gaan slapen en de injecties helemaal niet te hebben gevoeld. Beiden waren zwaar onder invloed van alcohol.

Potentieel dodelijk
Hoeveel insuline beiden ingespoten hebben gekregen is niet helemaal duidelijk. In totaal zijn er 9 deels gebruikte insulinepennen gevonden door de recherche. "Een toediening van 4 ml is bewijsbaar gelet op de verklaring van verdachte en die aangetroffen pennen. Dit is een potentieel dodelijke hoeveelheid", aldus de zaaksofficier.

Dat bevestigt ook de Vlaamse toxicoloog Jan Cordonnier. Hij was aanwezig bij de zitting en verklaarde: áls het slachtoffer niet was behandeld in het ziekenhuis had hij in coma kunnen raken en kunnen overlijden.

De officier acht poging tot doodslag bewezen.

De vrouw wordt verminderd toerekeningsvatbaar geacht. Ze kampt met psychische problematiek en een alcoholverslaving. Ter zitting verklaarde zij "ontzettend veel spijt" te hebben: "Dit had nooit mogen gebeuren."

Behandeling
De vrouw heeft een half jaar in voorlopige hechtenis gezeten en verblijft momenteel in een Forensisch Psychiatrische Kliniek, waar zij een behandeling ondergaat.

Vanwege de ernst van het feit vindt het OM een gevangenisstraf op zijn plaats. Om herhaling te voorkomen zijn wat de officier betreft bijzondere voorwaarden van belang bij het voorwaardelijk deel van de geëiste straf. Een klinische behandeling, wonen in een beschermde woonomgeving en een alcoholverbod maken daar deel van uit.

De rechtbank doet 23 augustus uitspraak.