Eerste Kamer dwarsboomt asbestwetsvoorstel

De Eerste Kamer heeft dinsdag 4 juni het wetsvoorstel Verwijdering asbest en asbesthoudende producten verworpen. De fracties van ChristenUnie, fractie-Duthler, GroenLinks, PvdD, 50PLUS, OSF, SP en D66 stemden voor, de fracties van SGP, VVD, PvdA, CDA en PVV stemden tegen.

De Kamer debatteerde dinsdag 28 mei met staatssecretaris Van Veldhoven van Infrastructuur en Waterstaat over het wetsvoorstel. Naar aanleiding van de zorgen van de Kamer over de korte termijn waarvoor mensen worden gesteld, stuurde Van Veldhoven een brief naar de Kamer waarin zij voorstelde de termijn met vier jaar te verlengen tot 31 december 2028. Daar kon een meerderheid van de Kamer alsnog niet mee akkoord gaan.

Stientje van Veldhoven is teleurgesteld: "Helaas heeft de Senaat het verbod, waar 10 jaar lang over gesproken is naar aanleiding van een advies van de Gezondheidsraad, uiteindelijk niet gesteund. Daarmee is er nu geen duidelijk handelingsperspectief voor het opruimen van de laatste grote bron van asbest in ons leefmilieu. Dat betreur ik."

LTO Nederland is daarentegen verheugd met het besluit van de Eerste Kamer: "Asbestdaken moeten gesaneerd worden – dat verandert niet. Maar het moet wel op de juiste manier gebeuren. Als de gezondheidsrisico’s groot zijn moet je strenge beschermingsmaatregelen treffen, maar als risico’s aantoonbaar verwaarloosbaar klein zijn dan zouden lichtere eisen gerechtvaardigd zijn. En in sommige gevallen is het beter om er gewoon vanaf te blijven tot vervanging noodzakelijk is. Een algeheel verbod per 2028 was dus niet alleen onnodig, het was ook nog eens onuitvoerbaar en onbetaalbaar geworden. We zijn erg blij dat de Eerste Kamer dat met ons eens is”, aldus Alfred Jansen, portefeuillehouder Veiligheid & Pacht bij LTO Nederland.