Pro League-conflict: de sluimerende vulkaan komt tot eruptie

De onvrede bij Hoofdklasse-clubs over de impact van de nieuwe FIH Pro League is deze weken tot een climax gekomen in Eindhoven: Oranje-Rood weigerde om internationals af te staan voor het duel tegen Spanje. Door tussenkomst van bondscoach Max Caldas leek het conflict van tafel, maar de Pro League-vulkaan smeult nog na. Wat is er gebeurd en hoe moet het verder? Een analyse.

‘Chantage’ tegen internationals Oranje-Rood, kopte het Eindhovens Dagblad (ED) donderdag boven een artikel waarin Harry van Hout, voorzitter van de Stichting Tophockey Oranje-Rood, zijn versie van de Pro League-affaire toelichtte. Van Hout vindt dat zijn internationals door bondscoach Max Caldas onder druk zijn gezet en het conflict tussen bond en club over de rug van zijn spelers is uitgevochten.

Het artikel is met verbijstering ontvangen bij de KNHB. Het bondsbureau is onaangenaam verrast door de uitlatingen van Van Hout, omdat er was afgesproken geen mededelingen in de pers te doen en de stichtingsvoorzitter in de ogen van de KNHB een eenzijdig (en onjuist) beeld schetst. Maar officieel wil niemand reageren. De bond niet, de spelers niet en bij Oranje-Rood verwijzen ze naar het artikel in het ED. "Dat kunnen jullie een op een op hockey.nl zetten", aldus Van Hout.

Off the record zijn betrokkenen spraakzamer en willen ze wel hun kant van het verhaal vertellen. Iedereen maakt duidelijk dat het nooit de bedoeling is geweest om de spelers de dupe te laten zijn, maar ondertussen worstelen de betrokken internationals wel met een enorm loyaliteitsconflict.

Moord en brand
Maar eerst even terug naar vorig jaar: het moment dat het speelschema van de nieuwe FIH Pro League-competitie naar buiten kwam. Zestien wedstrijden voor de Oranje Heren en zestien wedstrijden voor de Oranje Dames, kriskras over de wereld, in een tijdsbestek van zes maanden. De Hoofdklasse-clubs schreeuwden moord en brand. Ze vonden dat hun competitie – de beste van de wereld – veel te veel te lijden had onder het geweld van de nationale ploegen. De HHcv, het vertegenwoordigende orgaan van de Hoofdklasse, liet weten dat de clubs geen speelsters gingen afstaan voor de Champions Trophy voor vrouwen in China, in oktober 2018. Een conflict was een feit.

De KNHB herschikte vervolgens het programma, waarna de Hoofdklasse-clubs toch akkoord gingen met het speelschema. Maar achter de schermen sluimerde de onvrede nog steeds, met name bij de hofleveranciers van de Oranje-teams. Zij vinden de Pro League een gedrocht dat hun competitie dwarsboomt. Ze balen er ook van dat zij de spelers betalen, die meer en meer worden opgeëist door de bond.

De KNHB, onder leiding van de nieuwe technisch directeur Jeroen Bijl, ging daarom in de maanden daarna opnieuw in overleg met de hofleveranciers om afspraken te maken over het oproepen van internationals tijdens de Pro League. Hoe zouden de 32-koppige Oranje-selecties worden samengesteld, hoe zagen de reisschema’s eruit en wanneer speelden en trainen de internationals bij Oranje? Een lastige legpuzzel, maar eind september gaven alle betrokkenen zwart op wit hun akkoord. De vrede leek getekend.

Maar de Pro League op papier blijkt toch wat anders in de praktijk. Die is weerbarstiger. De Oranje Heren vlogen in januari en februari naar Nieuw-Zeeland en Australië. Gingen via Spanje naar Argentinië en sloten de eerste fase van de Pro League af met een thuisduel tegen Duitsland. Slechts een paar dagen voor de herstart van de competitie. Enkele hoofdcoaches, waaronder Alexander Cox van Kampong, lieten hun onvrede blijken. Zij vonden dat veel internationals vermoeid waren en ze amper tijd hadden om hun teams voor te bereiden op het tweede deel van het seizoen.

‘Bij Oranje-Rood groeide de onvrede’
Bij de teams die desondanks goed draaiden, zoals Kampong en Bloemendaal, verdween het gemopper naar de achtergrond. Maar bij Oranje-Rood groeide de onvrede. De ploeg van Roger van Gent, als tweede de winterstop in gegaan, kende een dramatische herstart met slechts twee overwinningen in zes duels. Met de 5-0 zeperd tegen Bloemendaal van afgelopen zondag als dieptepunt. Het zeker lijkende playoff-ticket is plots in groot gevaar.

En dan staat ook nog eens het prestigieuze EHL-toernooi op Oranje-Rood voor de deur. Van 17 tot en met 24 april wordt in Eindhoven zes dagen tophockey worden gespeeld om de Europese clubtitel. Voor volle tribunes en het liefst met een hoofdrol voor de thuisploeg, juist om die tribunes vol te krijgen. Het toernooi is belangrijk voor het prestige van de Eindhovense club, maar zeker ook voor de clubkas. Oranje-Rood moet fors investeren om de EHL te mogen hosten. Dat geld moet worden terugverdiend en daarnaast wil de club graag wat extra overhouden. Want zoveel mogelijkheden in een seizoen heeft een tophoofdklasser niet om de dure huishouding van een extra injectie te voorzien. Omdat gewone competitiewedstrijden gratis toegankelijk zijn, brengen alleen de play-offs in eigen huis wat extra geld in het laatje.

In Eindhoven is er daarom stress. Dat is begrijpelijk. Van Gent en zijn staf staan voor cruciale weken, waarbij de focus en aanwezigheid van iedereen wordt gevraagd. Maar de Pro League dreigt dat te verstoren. Na de competitiewedstrijd van komende zondag is er een Pro League-week. Voor de Oranje Heren stond er eerst zelfs een dubbel met Pakistan en Spanje op het programma. Maar door de schorsing van Pakistan resteert alleen het duel tegen Spanje, op zaterdag 13 april op Kampong.

Met zes internationals in de Pro League-selectie (Pirmin Blaak, Joep de Mol, Mink van der Weerden, Teun Beins, Max Kuijpers en Bob de Voogd) bestond de kans dat Oranje-Rood zijn belangrijkste spelers, pas een paar dagen voor de start van de cruciale EHL terug in Eindhoven zou hebben. Een angstbeeld.

Voor clubman Harry van Hout reden in te grijpen. Hij kon niet laten gebeuren dat zijn club met lege handen zou staan, alleen vanwege die door hem zo verfoeide Pro League. Als Van Hout vindt dat zijn club onrecht wordt aangedaan, verandert hij in een straatvechter. De mail die hij vervolgens aan de bond stuurde, was helder en duidelijk: Oranje-Rood stelt zijn internationals niet beschikbaar voor het Pro League-duel met Spanje.

Een voor de KNHB onbespreekbare stellingname. De Pro League is het hoogste hockeypodium, daarop moet Oranje zich in een zo sterk mogelijke samenstelling meten met de wereldtop. Daarnaast is de Pro League bepalend voor de plek op de wereldranglijst en onderdeel van de route naar olympische kwalificatie en in de toekomst waarschijnlijk ook naar het WK, zo stelde KNHB-directeur Erik Gerritsen onlangs.

Het tegenbericht vanuit het bondskantoor aan Oranje-Rood was daarom duidelijk: het niet beschikbaar stellen van spelers is tegen de gemaakte afspraken in september, daarmee gaan wij niet akkoord. Een nieuw conflict was geboren.

Oranje-Rood zocht steun bij de andere hofleveranciers van Oranje
Van Hout zocht vervolgens steun bij de andere hofleveranciers van Oranje: Amsterdam, Bloemendaal en Kampong. Kampong toonde zich in eerste instantie wel solidair, zo wordt van verschillende kanten bevestigd. Bij de andere twee ving Van Hout bot. Bestuurslid Pepijn Post van Bloemendaal: "Wat we allemaal vinden van de Pro League, staat in onze ogen los van deze discussie. In september is de beschikbaarheid van de internationals vastgelegd, daar was iedereen bij. Afspraak is afspraak. Wij hebben ons daarom niet solidair verklaard aan Oranje-Rood."

Van Hout, die al heel wat jaren meeloopt, beriep zich vervolgens nog op een afspraak van circa vijf jaar geleden. Daarin hadden de Hoofdklasse-clubs met de KNHB vastgelegd dat een week voor de EHL geen spelers voor Oranje zouden worden opgeroepen. Maar dat was voor het Pro League-tijdperk en Van Hout repte daarover met geen woord tijdens de bijeenkomst in september, zo zeggen aanwezigen.

Op het bondskantoor groeide de irritatie over de houding van Oranje-Rood, waarmee afgelopen seizoen al onenigheid was. Op de voor hoofdsponsor Rabobank belangrijke Fandag ontbraken de spelers van Oranje-Rood op het laatste moment. Als enige club. "De belasting is met een dubbel op vrijdag en zondag in hetzelfde weekend te groot", vond men in Eindhoven.

Ondertussen begon bondscoach Max Caldas zich zorgen te maken. Hij had al eerder laten weten in verband met de EHL de spelers van deelnemers Amsterdam, Kampong en Oranje-Rood zoveel mogelijk te ontzien in de selectie voor het duel tegen Spanje. Maar een team samenstellen zonder spelers uit die teams, was niet mogelijk. Al was het maar omdat Oranje een overwinning op Spanje keihard nodig heeft om zicht te houden op de eerste vier plekken die toegang geven tot de Grand Final in Amsterdam.

Caldas toog daarop met zijn manager Joof Verhees naar Eindhoven waar zij in een hotel een gesprek hadden met de zes internationals van Oranje-Rood. De spelers kregen daar uitleg over de ontstane situatie, omdat de bondscoach vond dat zij daar recht op hadden. Caldas gaf ook aan dat hij ze ‘tot nader orde’ niet ging selecteren. Op die manier hoefden de spelers ook niet te kiezen tussen Oranje en Oranje-Rood, was zijn uitleg. Op de vraag tot wanneer het ‘tot nader orde’ was, kregen de spelers volgens het Eindhovens Dablad het antwoord: "Reken maar tot en met het EK deze zomer". Dat toernooi wordt in augustus in België gespeeld.

Met die harde boodschap wilde de technische staf van Oranje een grens trekken en een duidelijk signaal naar alle clubs afgeven. De woorden van Caldas en Verhees misten hun uitwerking niet. Oranje-Rood stelde de internationals alsnog beschikbaar voor het duel tegen Spanje. Tot opluchting van de spelers. Zij hebben begrip voor de belangen van zowel Oranje als Oranje-Rood, maar zitten ongevraagd wel in de mangel. Caldas selecteerde daarop alleen aanvoerder Mink van der Weerden en aanvaller Bob de Voogd en alle partijen spraken af over de kwestie niet meer naar buiten te treden.

Daarmee leek de kou uit de lucht, maar binnen Oranje-Rood kookten ze van woede over de handelwijze van Caldas en Verhees. In het Eindhovens Dagblad kwam de vulkaan alsnog tot uitbarsting. "Het is te gek voor woorden wat er is gebeurd. Pure chantage, een dreigement. Gewoon schandalig", fulmineerde Van Hout. De KNHB geeft geen commentaar. "Het conflict is opgelost. Er is afgesproken dat er na de EHL op bestuurlijk niveau contact is tussen betrokken partijen", zegt een woordvoerder.

Oplossing moet komen uit Lausanne
Na deze uitbarsting zal het voorlopig wel even stil zijn, maar de onrust blijft zolang de Nederlandse Hoofdklasse-clubs het idee hebben dat ze in een wurggreep worden gehouden door de Pro League. Een echte oplossing moet komen uit Lausanne, waar de FIH zich, na een internationale bijeenkomst afgelopen week in Amerika, op haar hoofdkantoor buigt over het nieuwe speelschema voor komend jaar. KNHB-directeur Gerritsen pleitte in Amerika voor aanpassing van het Pro League-schema, zodat er meer ruimte is voor het spelen van een Hoofdklasse-competitie. In de wandelgangen heeft hij laten weten ‘positief verrast te zijn over de opstelling van de andere landen’.

Met een positieve verrassing kan Gerritsen de Pro League-vulkaan in Nederland misschien tot rust brengen. Maar het gevaar van een uitbarsting blijft.