OM eist boete voor uitvoeren onderdelen nucleaire installatie naar Iran
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft vandaag in de rechtbank in Amsterdam een boete van 20.000 euro geëist tegen Precision Equipment B.V. voor het twee maal opzettelijk uitvoeren van gesanctioneerde goederen naar Iran. Het gaat om afsluitringen gemaakt van Viton en polytetrafluorethyleen (PTFE). Voor de uitvoer van de ringen naar Iran is een vergunning nodig: “De ringen kunnen een bepaalde druk aan en ze kunnen bepaalde chemicaliën verdragen. Dat maakt ze van cruciaal belang voor de nucleaire industrie.” Tegen de leidinggevende eist het OM een werkstraf van 160 uur waarvan de helft voorwaardelijk.
Uit onderzoek door het Team Precursoren, Strategische goederen en Sanctiemaatregelen (Team POSS) van de Douane blijkt dat Precision Equipment B.V. twee maal een zending ringen heeft gestuurd naar Iran. De eerste maal, op 10 juni 2016 betrof het een zending van 8 ringen van het materiaal PTFE. De tweede maal, omstreeks 16 december 2016, betrof het een zending met daarin 5 ringen van het materiaal Viton. De ringen kunnen gebruikt worden in de nucleaire industrie, daarom is een vergunning noodzakelijk.
In beide gevallen wist de verdachte volgens het OM dat hij een vergunning had moeten aanvragen voor de uitvoer naar Irak. Bij de eerste zending had hij ook een vergunning aangevraagd, maar die werd geweigerd. Dit omdat er onvoldoende waarborgen waren dat de ringen uitsluitend gebruikt zouden worden voor civiele doeleinden. De verdachte meldde dit vervolgens aan de koper: “Apparently it is a blacklisted company and we cannot get export license. We have to find another shipping way.” Precision verstuurde de ringen vervolgens toch naar het bedrijf in Iran.
Ernstige feiten
“Het gaat hier om ernstige feiten” zei de officier op zitting: “Internationaal zijn er sancties opgelegd aan Iran wegens het onder meer weigeren inzage geven in nucleaire programma. Vele landen hebben zich hieraan geconformeerd.” Ook al was verdachte ervan overtuigd dat de afnemers de ringen niet zouden gebruiken voor foute doeleinden, dat maakt nog niet dat hij de ringen mocht versturen zonder de benodigde vergunning. “Sancties als deze hebben alleen nut als alle partijen zich hieraan houden. Er komt geen druk op Iran, als bedrijven toch handel blijven drijven.” Uit het dossier blijkt volgens het OM dat verdachte heel goed wist wat de regels waren, maar deze doelbewust heeft genegeerd en zelfs opzettelijk heeft willen omzeilen.
Dat neemt het Openbaar Ministerie verdachten kwalijk: “Met de uitvoer zonder vergunning wordt de Nederlandse overheid de kans ontnomen om te controleren welke militaire goederen uit Nederland waarheen gaan. Het uitvoeren van deze goederen zonder vergunning ondermijnt daarmee de Nederlandse staat.” Tegen het bedrijf eiste het OM een boete van 20.000 euro. De leidinggevende hoorde een werkstraf van 160 uur waarvan de helft voorwaardelijk tegen zich eisen.
De rechtbank doet over twee weken uitspraak.
