Chef-dirigent Concertgebouworkest beschuldigd van aanranding

De Italiaanse Daniele Gatti (56), sinds 2016 chef-dirigent van het Concertgebouworkest, wordt beschuldigd van aanranding. Voor zijn komst naar Amsterdam zou hij twee vrouwelijke sopranen ongewenst gezoend en betast hebben, zo schrijft AT5 op haar website. 

Dat meldt The Washington Post. De Amerikaanse krant deed onderzoek naar '#MeToo' in de klassieke muziekwereld en sprak daarvoor in totaal met 50 musici. Daarbij kwam onder meer Gatti's naam naar voren.

Extra oefensessie
Zo vertelde de Amerikaanse sopraan Alicia Berneche (destijds 24) dat Gatti haar in 1996 een extra oefensessie aanbood in Chicago. Ze liep vervolgens achter hem aan richting een kleedkamer om een afspraak te maken voor de sessie. Gatti zou haar daar hebben vastgegrepen bij haar billen en zijn tong in haar mond hebben geduwd.

Toen Berneche haar ervaring deelde met een kennis, kreeg ze het advies om niks door te vertellen. Anders zou ze mogelijk worden ontslagen, was het idee. De sopraan moest vervolgens nog wel een maand met Gatti repeteren. Uiteindelijk legde de sopraan vooral de schuld bij haarzelf neer en schreef ze zelfs een brief om excuses te maken omdat ze de directeur 'had benaderd'.

De Duitse sopraan Jeanne-Michèle Charbonnet zegt een soortgelijke ervaring met Gatti te hebben gehad, toen ze in 2000 in Bologna was voor een uitvoering van Wagner's De Vliegende Hollander. 'Ik duwde hem weg en rende uit de kamer', vertelt ze aan The Post. Ze werd vervolgens nooit meer ingehuurd door het bedrijf waar ze op dat moment voor werkte.

Excuses
In een reactie via zijn woordvoerder zegt Gatti verbaasd te zijn over de beschuldigingen. 'Altijd als ik iemand benaderde, deed ik dat in de volledige overtuiging dat de interesse wederzijds was. De genoemde voorvallen vonden lang geleden plaats, maar als ik iemand pijn heb gedaan, bied ik mijn excuses aan.'

Een woordvoerder van het Concertgebouworkest zegt kennis te hebben genomen van de berichtgeving. 'Maar wij kunnen geen reactie geven tot wij de gelegenheid hebben gehad om deze materie zorgvuldig te bekijken.'