Vakantie vooral geboekt via internet

In de zomerperiode van 2017 gingen drie op de vier Nederlanders (12,7 miljoen) een of meerdere keren op vakantie. Bijna negen op de tien vakanties werden in Europa doorgebracht, met Duitsland als favoriete bestemming. Een ruime meerderheid van de zomervakanties was via internet geboekt. Dit meldt het CBS op basis van het vakantieonderzoek over 2017.

In de zomerperiode van 2017, die liep van 29 april tot en met 30 september, gingen 12,7 miljoen Nederlanders bijna 23 miljoen keer op vakantie. Hiervan werden bijna 13 miljoen buiten de landsgrenzen doorgebracht, de overige 10 miljoen in eigen land. Gemiddeld duurde een vakantie in de zomerperiode 8 dagen. In totaal werd in de zomer van 2017 voor 12,4 miljard euro aan vakanties uitgegeven, net iets minder dan duizend euro per vakantieganger.

Vakanties vooral geboekt via internet
Twee op de drie Nederlanders boekten de accommodatie waarin zij tijdens hun zomervakantie verbleven al voor de reis. Dit geldt vooral voor vakanties in het buitenland, hiervoor boekte 73 procent een slaapplaats voor aanvang van de vakantie, tegen 56 procent bij binnenlandse vakanties.

Voor buitenlandse vakanties werd het verblijf meestal geboekt bij een reisbureau (41 procent), bij binnenlandse vakanties in meer dan de helft van de gevallen (55 procent) rechtstreeks bij de verhuurder van de accommodatie. Twee derde van de vakantieboekingen in de zomer van 2017 vond plaats via internet, terwijl ruim een op de tien vakanties persoonlijk bij een reisbureau of reisagent was geboekt.

Accommodatie bij 1 op de 5 zomervakanties niet vooraf geboekt
Bij ruim 19 procent van de zomervakantie in 2017 werd de slaapplaats pas na vertrek van huis vastgelegd, in 8 procent van de vakanties een dag tot een week voor vertrek. Ruim 20 procent boekte het vakantieverblijf drie maanden tot een half jaar voor vertrek, en 7 procent nog langer van tevoren.
In bijna 14 procent van de zomervakanties werd helemaal geen accommodatie geboekt. Het gaat dan voornamelijk om vakanties waarbij de verblijfplaats een eigen onderkomen (bijvoorbeeld een zomerhuisje) of een vaste standplaats voor caravan of tent is.

Favoriete bestemmingen
Bijna 90 procent van de buitenlandse zomervakanties had een Europese bestemming. West- en Zuid-Europa  waren hierbij het meest in trek, met achtereenvolgens 44 en 31 procent van de vakanties. Vakanties buiten Europa gingen voor het grootste deel naar Azië en Noord-Amerika.

De favoriete buitenlandse vakantiebestemming in 2017 was Duitsland, waar ruim 2,1 miljoen vakanties werden doorgebracht. Frankrijk (2 miljoen) en Spanje (1,5 miljoen) volgen als tweede en derde bestemming. Duitsland trekt vooral Nederlanders voor een korte vakantie (met maximaal drie overnachtingen), voor lange zomervakanties van vier of meer overnachtingen staat Frankrijk op de eerste plaats.

9 op de 10 vakanties in eigen land met de auto
De auto was ook in 2017 het favoriete vervoermiddel voor de reis naar de zomerbestemming. In bijna 90 procent van de vakanties in eigen land wordt gebruikgemaakt van de auto. Ook voor zomervakanties met een bestemming over de grens was de auto met 48 procent het meest gekozen vervoermiddel, gevolgd door het vliegtuig (43 procent).

Actieve vakantie vaker in eigen land
Nederlanders gingen in 2017 vaker op actieve vakantie in eigen land (25 procent) dan in het buitenland (15 procent). Een buitenlandse vakantie wordt daarentegen vaker op het strand doorgebracht dan in Nederland: 23 tegenover 9 procent. Ook stedenvakanties zijn vooral een buitenlandse aangelegenheid (15 procent in het buitenland tegenover 7 procent in Nederland).

Fietsvakanties zijn het meest geliefd als actieve zomervakantie in Nederland: 42 procent van alle actieve vakanties, tegen 14 procent van de buitenlandse actieve vakanties. In het buitenland is juist de wandelvakantie populair (53 procent, tegen 31 procent in Nederland).

Cijfers
De cijfers in dit nieuwsbericht zijn afkomstig uit het Continu Vakantieonderzoek (CVO). Het Continu Vakantieonderzoek (CVO) een jaarlijks onderzoek dat het CBS gebruikt om cijfers over het vakantiegedrag van de Nederlandse bevolking samen te stellen. Het CVO is een panelonderzoek, waarvan de leden elke drie maanden worden bevraagd over hun vakanties in het voorafgaande kwartaal. De jaarlijkse cijfers die op basis van het CVO worden gepubliceerd, zijn gebaseerd op deelnemers die bij alle vier de metingen van het betreffende vakantiejaar hebben gerespondeerd. Vanaf 2017 zijn dit ongeveer 8 000 personen (de netto steekproef).

Om de kwaliteit van de cijfers uit het CVO te kunnen blijven waarborgen, is het CVO in 2017 op enkele belangrijke punten gewijzigd. Zo is de netto steekproef vergroot van 6 500 naar 8 000 respondenten. Tevens is de doelpopulatie uitgebreid met Nederlanders met een migratieachtergrond. Door deze wijzigingen kunnen de uitkomsten van 2017 niet zonder meer worden vergeleken met die van 2016 en eerdere jaren.