Nederlandse hockeyers op Afrikaanse velden: "Heel gaaf"

Hockeyer Jannis van Hattum speelde de afgelopen twee weken in Nairobi mee in de ACCC: de African Cup for Club Champions, oftewel de Afrikaanse EHL. Met de Butali Warriors of Kenya werd hij derde, samen met zijn teamgenoot bij Pinoké Joost Rijksen en Victoria-keeper Salman Akbar. Een interessante ervaring, aldus Van Hattum, op een veld vol kuilen en bulten, maar met enorm gemotiveerde teams.

"Dat veld was het enige waterveld in heel Kenia en zou in Nederland al lang onbespeelbaar zijn verklaard", lacht Van Hattum. "We kwamen een week voor de start van het toernooi aan, om al te trainen met het team. Net voor de toernooistart waren ze nog het hekwerk rond het veld aan het lassen, netten in de goals aan het hangen, en over de cirkelrand werd letterlijk een nieuwe lijn gelegd: bovenop de andere. Strafcorners kon je daardoor eigenlijk niet nemen."

'De enige import'

Van Hattum kwam via zijn teamgenoot bij de ACCC terecht. "Hij werd via via gevraagd en vroeg of ik mee wilde. Daar heb ik meteen hardop ja op gezegd." Ook een Nederlandse keeper, Salman Akbar (Victoria), werd ingevlogen voor het toernooi, toevallig een oud-teamgenoot van Rijksen en Van Hattum. Naast het Keniaanse team van het drietal deden onder andere teams uit Ghana, Oeganda, Tanzania en Egypte mee. Zónder buitenlandse spelers. "Wij waren de enige import", stelt Van Hattum. "De Butali Warriors deden voor de eerste keer mee, en de sponsor, een grote suikerfabriek, wilde een keeper, middenvelder en spits als versterking binnenhalen."

En de Butali Warriors deden het goed, al wisten ze net niet de finale te halen. "We verloren de halve finale op shoot-outs", baalt Van Hattum. Het brons haalde de ploeg uiteindelijk wel binnen, wat toch een goede prestatie was volgens de Pinoké-speler. "Van de 29 edities van de ACCC zijn er 28 gewonnen door een Egyptisch team. De 23-voudig winnaar ging er verrassend in de poulefase al uit, maar een ander team uit Egypte, Eastern Company of Egypt, won alsnog."

Passie, maar zonder tactiek

Het hockeyniveau was dan weliswaar niet te vergelijken met Nederland, maar wel verrassend, vond hij. "Zij spelen met veel meer passie. Ze gooien zichzelf er echt voor en doen er alles aan om te winnen. Ze lopen ook dwars door je heen, aan de kant gaan ze niet." De meeste spelers waar hij mee samen speelde, hadden nog nooit of nauwelijks op een waterveld gespeeld. "Zij waren gras en gravel gewend en dan is hockey natuurlijk een heel ander spel. Het was de bal naar voren rammen en dan maar zien. Dat leverde vanuit ons, maar ook vanuit hen naar ons, regelmatig verbaasde blikken op. Achteraf gezien verbaast het me dat er niemand geblesseerd is geraakt."

Dansen en zingen als wedstrijdvoorbereiding

De spelers van de Butali Warriors zijn allemaal afkomstig van bepaalde stammen. En daar horen tradities bij, merkte Van Hattem. "Als ze moed nodig hebben gaan ze dansen en zingen. Dan gaat er in de bus naar de wedstrijd ineens één iemand schreeuwen en dan vallen de andere stemmen in koor in. Dat is wel heel gaaf om mee te maken."

Ook in de kleedkamer ging het los. "Op twee vierkante meter met een heel team brullende en dansende Afrikanen. Dan lachen ze je uit natuurlijk, maar je lacht gewoon hard mee. Dat was dan de wedstrijdvoorbereiding." Nogal een contrast met Nederland, waarin je juist vaak even stil bent om je concentratie te pakken. Van Hattum vond het mooi om mee te maken, maar gaat het toch niet toepassen bij Pinoké. "Voor die jongens werkt het vast", lacht hij.

Safari

In totaal speelde Van Hattum met de Butali Warriors vijf wedstrijden, met 'volle bak publiek', stelt hij. Wat hij ervan meeneemt naar Nederland, daar moet hij even over nadenken. "Omgaan met verschillende omstandigheden, dat zeker. De aanvangstijden van de wedstrijden veranderden bijvoorbeeld zo'n drie keer per dag. En ik heb ook veel gecoacht, omdat er tactisch zo weinig stond. Bovenal was het gewoon een hele mooie ervaring."

Van Hattum blijft nog een weekje in Kenia om onder andere een safari te doen. Mocht hij volgend jaar weer gevraagd worden, dan is hij in ieder geval weer van de partij. "Als het kan, zeker. Behalve als ik dan serieuzere hockeydingen heb natuurlijk."