Tour: Etappe 14 - Sprinten op zaterdag?

Er spelen op dit moment wat andere zaken, waardoor de Tour wat minder relevant lijkt. Desondanks is er nog altijd het bekende gezegde dat de Tour op niemand wacht. We stonden met z'n allen stil bij de aanslag in Nice. Misschien dat we ook stil moeten gaan staan bij de situatie in Turkije, maar de koers gaat door. Parijs is immers nog ver en zonder te fietsen komen we er niet.

De tijdrit werd overschaduwd door de gebeurtenissen in het zuiden van Frankrijk, maar toch vielen er wel wat beslissingen. Froome deelde een klap uit aan al zijn concurrenten. Niemand staat meer bij hem in de buurt. Mollema deed het geweldig en is enorm sterk aan het fietsen. Desalniettemin staat hij bijna twee minuten achter op Froome. De rest staat nog verder achter. Vooral Quintana viel door de mand. We krijgen natuurlijk nog zware dagen in de Alpen, maar het lijkt nu al beslist. Froome is op weg naar zijn derde Tourzege.

De tijdrit won hij evenwel niet, er was namelijk iemand aanwezig die steeds meer laat zien dat hij een renner van de buitencategorie is. Tom Dumoulin reed iedereen helemaal de vernieling in. Een minuut pakken in een tijdrit op Froome, dat is een grandioze prestatie. Het is ook een grandioos mens, zijn reactie na de rit was uitstekend. Dumoulin heeft nu in drie grote rondes achter elkaar vijf ritten gewonnen. Nu ook in iedere grote ronde een tijdrit gewonnen, daarmee komt hij wel in een heel bijzonder rijtje.

Het is weer een succesvolle grote ronde voor ons land, het begint bijna normaal te worden. Jarenlang wonnen 'we' haast niets, nu zeven etappes in drie grote rondes. Enfin, we duiken het weekend in. Normaal heb je in het weekend altijd geweldige ritten, maar dat gaat zaterdag lastig worden. Het is behoorlijk vlak. Met een beetje pech een wandeletappe. Na de belachelijke taferelen op de Ventoux weer niet echt reclame voor de sport.

De route van vandaag (Bron: Letour.fr)
De route van vandaag (Bron: Letour.fr)

Het profiel van vandaag (Bron: Letour.fr)
Het profiel van vandaag (Bron: Letour.fr)

Een stuk ten noordoosten van de finishplaats van de tijdrit start de 14e rit in Montélimar. Een stad met 38.000 inwoners, aan de Rhône, in het departement Drôme. De stad is vooral bekend vanwege de noga die er wordt gemaakt. Nougat, zoals de Fransen het noemen. Een mix van suiker, honing, amandelen, vanille en eieren resulteert in deze zoetige lekkernij. Het wordt uiteraard op meer plaatsen op de wereld gemaakt, met verschillende benamingen, maar in Frankrijk wordt Montélimar toch echt gezien als de bakermat van noga. Het is het symbool van de stad en tot op de dag van vandaag zijn er nog grote bedrijven in de stad waar noga wordt geproduceerd. Meer dan 3000 ton per jaar, dat wordt geëxporteerd over heel Europa. Er zijn ook verschillende musea in de stad, waar je alles over nougat kan vinden. Zo zijn ze ook zo gek geweest om een enorm stuk nougat te maken van een meter bij een meter. Gekke Fransen.

De Tour is al eens eerder in de stad van de noga geweest, in 2006 bijvoorbeeld. Het zou een belangrijke aankomst worden. Een groep van vijf reed weg en uiteindelijk bleven er twee over die zouden gaan sprinten om de zege. Oscar Pereiro Sio en Jens Voigt. De toen ook al oude Duitser ging met de winst aan de haal. Pereiro hoefde alleen niet te treuren, het peloton kwam pas een half uur later binnen en daardoor mocht hij de gele trui aantrekken. Deze gele trui zou hij lang verdedigen, toch verliezen, maar na een tijd via de groene tafel toch weer terugkrijgen. Daar komen we later tijdens deze Tour nog wel op terug. De renners starten aan de rand van het centrum, langs de rivier de Roubion. De stad heeft ook nog wat leuke gebouwtjes, zoals een kasteeltje en een oud theater, maar het opvallendste gebouw is toch het het Palais des Bonbons et du Nougat.

Noga. Een heel groot stuk noga. Rare lui, die Fransen (Foto: WikiCommons)
Noga. Een heel groot stuk noga. Rare lui, die Fransen (Foto: WikiCommons)

We gaan tijdens deze rit een heel eind richting het noorden fietsen, richting Lyon. Voor we dat doen moeten we alleen nog wel een stukje naar het oosten. De renners rijden dwars door de provincie en komen al vroeg op de dag het eerste klimmetje tegen. Na 16 kilometer fietsen ze door Puy-Saint-Martin en buiten dit dorpje begint een klimmetje van bijna vier kilometer aan 5,2%, de Côte de Puy-Saint-Martin. Een colletje van de vierde categorie, lekker om de rit mee te beginnen. Na dit klimmetje loopt het een aantal kilometer licht naar beneden, over brede wegen. In Crest, waar de renners na 31 kilometer koers aankomen, begint het weer op te lopen. Crest is een dorpje aan de Drôme, met een mooi kasteeltje dat boven het dorp uittorent.

Het loopt een aantal kilometer vals plat omhoog, maar heel lastig is het verder niet. De renners rijden een brede weg en ze blijven een kilometer of 30 over dezelfde weg rijden. In deze 30 kilometer komen ze op een paar rotondes na niet veel obstakels tegen. Ze rijden wel door een aantal dorpjes, zoals Chabeuil, na 53 kilometer. In deze omgeving is het terrein wat meer open. Als het nog steeds zo hard waait kan het weer gezellig worden. Het is al een tijdje helemaal vlak, dit blijft zo tot de renners in de buurt komen van Romans-sur-Isère, waar het peloton na 71 kilometer passeert. Romans-sur-Isère is een mooie stad, met een oud bruggetje en oude gebouwtjes. Toch is het eerder gepasseerde Crest toch nog net wat opvallender, vooral vanwege het kasteel.

Na wat bochtenwerk in Romans-sur-Isère komen de renners op een weg terecht die ze bijna 50 kilometer lang gaan volgen. Toch is het niet zo makkelijk als het klinkt, want er komen de nodige klimmetjes in voor. Het eerste serieuze klimmetje komt na een kilometer of 90, als de renners aan de Côte du Four-à-Chaux beginnen. Deze heuvel van de vierde categorie is vier kilometer lang en 4,2% gemiddeld. Na dit klimmetje is er een korte afdaling, richting Hauterives. Er zitten een paar bochten in de afdaling, maar veel stelt het niet voor. De weg is ook breed genoeg. Eenmaal buiten Hauterives begint de volgende klim van de dag. De Côte d'Hauterives is 2,1 kilometer lang en 5,5% gemiddeld. Weer een beklimming van de vierde categorie, uiteraard.

Crest met het kasteel dat boven het dorp uittorent (Foto: WikiCommons)
Crest met het kasteel dat boven het dorp uittorent (Foto: WikiCommons)

Boven hebben de renners 101 kilometer afgelegd en zitten ze bijna op de helft van de rit. Er is weer een korte afdaling, maar ook die is niet zo lastig. Na 104 kilometer komen de renners beneden in Lens-Lestang. Het is even een aantal kilometer vlak, tot Beaurepaire. In Beaurepaire begint het volgende klimmetje, hoewel hier geen punten te verdienen zijn. Het gaat een paar kilometer omhoog, iets minder zwaar dan de vorige klimmetjes maar het is wel te merken dat het niet vlak is.

Er volgt een korte afdaling, waarna er weer een kilometertje wordt geklommen, waarna er wordt afdedaald richting Eyzin-Pinet. Daar komen de renners na 128 kilometer aan. De afdaling is weer goed te doen. Brede weg, in goede staat. Veel bomen langs de kant van de weg in dit deel van de rit, waardoor de wind weinig invloed heeft. Van de dorpjes in deze omgeving worden geen ansichtkaarten gemaakt, ze zijn niet om aan te gluren. Eyzin-Pinet heeft dan nog wel een enigszins acceptabele kerk.

Buiten Eyzin-Pinet volgen er nog twee klimmetjes. Bijna meteen na het buitenrijden van het dorp begint de weg weer licht omhoog te lopen. Er zitten wat stevige stroken tussen, maar gemiddeld gezien is het niet meer dan wat vals plat. De tussensprint van de dag is na 145 kilometer in La Fayette. Richting La Fayette loopt het ook een kilometer of vijf licht omhoog. Best een slopende rit eigenlijk, het gaat stiekem toch best vaak omhoog. Richting de tussensprint gaat het aan 3% omhoog. De renners fietsen over brede wegen, door een behoorlijk open terrein.

Na de tussensprint wordt het wat vlakker. De renners rijden richting Saint-Quintin-Fallavier, waar ze over een of ander aftands industrieterrein fietsen. Daarna komen ze weer op een brede weg terecht op het Franse platteland, met haast geen beschutting. Voor het eerst wordt de rit echt makkelijk. We rijden met een boog om Lyon heen, dus alle Nederlanders en Belgen die genoeg hebben van de Tour kunnen hier mooi de snelweg richting huis pakken. Misschien een tip voor Wilco. De renners die er nog wel zin in hebben fietsen verder door onbeduidende dorpen en komen weinig fraais voor het oog tegen. Na 170 kilometer komen ze door Pont-de-Chéruy, waar nog een soort van chateau staat.

Het Château de Montfort zal ongetwijfeld in Het Grote Kastelenboek van Dijkstra & Ducrot staan (Foto: WikiCommons)
Het Château de Montfort zal ongetwijfeld in Het Grote Kastelenboek van Dijkstra & Ducrot staan (Foto: WikiCommons)

Het terrein is nog steeds behoorlijk open, hoewel de renners wel steeds van richting veranderen. Na 188 kilometer komen de renners door Montluel. Er zijn wat rotondes onderweg, maar de weg is wel steeds breed. Er valt verder weinig te melden. Buiten Montluel begint de weg wel weer lichtjes op te lopen, na een kilometer of 40 volledig vlak terrein. Er zijn wat bochten, tot Sainte-Croix, na 193 kilometer. Vanaf dat moment zijn er nog twee bochten en gaat het daarna een kilometer of acht volledig rechtdoor. Eindelijk komen de renners ook eens een keer door een wat mooiere omgeving, er zijn wat meertjes links en rechts naast de weg.

Op zes kilometer van de streep is er een scherpe bocht naar links en komen de renners op een iets minder brede weg terecht. De renners fietsen drie kilometer lang rechtdoor over deze weg, voor ze op drie kilometer van de streep rechtsaf slaan. De weg waar de renners nu op terechtkomen is een stuk breder. Er zit tot de finish geen bocht meer in het parcours. De coureurs gaan rechtdoor richting Villars-les-Dombes. Links en rechts zijn er weer de nodige meertjes, het is een waterrijk gebied. In de slotkilometers is het terrein ook weer behoorlijk open. Villars-les-Dombes zullen ze niet bereiken, want de finish is buiten het dorp, bij het Parc des Oiseaux.

Villars-des-Dombes is een dorpje met 4000 inwoners in het departement Ain, regio Rhône-Alpes. Dit is echter helemaal niet relevant, want daar finishen we niet. We finishen naast de parkeerplaats van het Parc des Oiseaux. Dit is een dierentuin, hoewel, de term vogelpark dekt wat meer de lading. Er zijn meer dan 3000 vogels van over de hele wereld in dit park. 300 verschillende soorten, nogal een impressionante verzameling dus. Een flinke toeristische attractie, jaarlijks komen er meer dan 300.000 mensen op af. Het is het grootste vogelpark van Frankrijk en een van de grootste van Europa. Er zijn dagelijks allerlei voorstellingen met vogels die vlak over je hoofd vliegen en dat soort ongein. Vooral leuk als klein kind, krijg je allemaal trauma's van.

Een kakatoe in het Parc des Oiseaux lijkt de rennende Chris Froome uit te lachen (Foto: WikiCommons)
Een kakatoe in het Parc des Oiseaux lijkt de rennende Chris Froome uit te lachen (Foto: WikiCommons)

Het is een debutant in de Tour, maar in een andere koers van de ASO is het al eerder voorgekomen. In de Dauphiné van 2013 bijvoorbeeld, toen er een tijdrit iets verderop in Villars-les-Dombes startte, waarna men een rondje door de omgeving reed om te eindigen bij het park. De tijdrit werd gewonnen door Tony Martin, want in 2013 kon hij er nog wel wat van. Ook in de Dauphiné van 2015 kwam het park voor. Er eindigde een rit, die in de massasprint gewonnen zou worden door Nacer Bouhanni. Na een generale repetitie in de Dauphiné nu dus het debuut in de Tour.

Ook tijdens deze rit gaat het weer vrij warm worden. Graadje of 27 in Montélimar en niet veel minder aan de finish. Het zal minder hard waaien dan de afgelopen dagen, maar de wind is nog wel duidelijk aanwezig. Het heeft er wel alle schijn van dat het bijna de hele rit tegenwind zal zijn. Dat zou voor de potentiële waaiertjes wel een tegenvaller zijn. Geen kans op neerslag, dat lijkt in ieder geval wel met zekerheid te zeggen. De renners vertrekken om 12:00 in Montélimar en tien minuten later is de neutralisatie voorbij. Tussen 16:54 en 17:22 worden de renners tussen de vogels verwacht, hoewel het met de tegenwind ook wat later zou kunnen worden. De uitzending begint uiteraard weer om 14:10. Dat is maar goed ook, want dit wordt waarschijnlijk geen rit om het broekje voor uit te doen.

De schijtirritante vechtersbaas Bouhanni won hier vorig jaar een rit in de Dauphiné (Bron: YouTube)

Voorspelling

Het is een tegenvallende rit voor een zaterdag. Als iedereen kan kijken moet je toch wel met een iets mooier parcours aan komen zetten. Toch vind ik het wel lastig in te schatten. Het kan een rit voor de sprinters zijn, maar het kan net zo goed naar een groepje vluchters gaan. Het begin van de rit is nog vrij lastig en ook halverwege zijn er nog de nodige heuveltjes die bedwongen moeten worden. In het laatste deel van de rit wordt het wel weer ontzettend makkelijk.

De sprinters hebben weinig kansen gehad de afgelopen tijd en de kans in Montpellier lieten ze lopen. Er zullen nogal wat sprinters zijn die wraak willen nemen. Er komen ook bijna geen kansen meer, dus dit is voor Greipel, Kristoff en Kittel wel een van de laatste mogelijkheden om hun Tour toch nog wat glans te geven, of in het geval van Kittel net wat meer glans. De finale is enorm makkelijk en enorm in het voordeel van de sprinters. Alles is makkelijk te organiseren en het overzicht is groot. Daarom ga ik toch maar voor een massasprint.

1. Cavendish. Zal na de rit in Montpellier wel getergd zijn. Uiteraard heeft hij al drie keer gewonnen, maar dat zal hij ondertussen wel weer vergeten zijn. De finale is niet direct in z'n nadeel. Hij kan in iedere sprint wel uit de voeten. In principe is hij tijdens deze Tour de snelste, dus als er geen gekke dingen gebeuren kan hij zo weer winnen.

2. Greipel. Ik heb een beetje vertrouwen in Greipel. Hij was tijdens de rit naar de Mont Ventoux lekker bezig, dat zal hem wel een goed gevoel hebben gegeven. Deze sprint is enorm in zijn voordeel. Brede wegen en vooral rechtdoor. Geen bochten en gedoe. In een volledig rechte sprint komt hij altijd volledig tot z'n recht.

3. Kittel. Deze sprint moet hem ook goed liggen. Hij zal er ook wel op gebrand zijn om nog een rit te winnen, hij is immers gewend om er in een grote ronde een stuk of vier te winnen. Eén is dan vrij mager.

4. Kristoff. Lijkt er steeds beter in te komen. Was sterk in Montpellier, maar helaas voor hem waren er al een paar vandoor. Als het een sprint met tegenwind wordt is deze sterke beer misschien nog wel in het voordeel ook. Moet het toch vooral hebben van een lastige koers en met de heuvels onderweg en continu tegenwind kan dit een lastige sprint worden.

5. Laporte. De vervanger van Bouhanni wordt altijd vijfde of zesde. Dat lijkt ondertussen haast een zekerheidje.