Tour: Etappe 8 - Dag twee in de Pyreneeën

De eerste van drie lastige ritten baarde voor de strijd om het algemeen klassement een muis. Dat is een minpunt, maar het viel wel te verwachten. Op papier was het de makkelijkste rit van de drie en met twee zware ritten in aantocht lag het niet voor de hand dat de renners voor het algemeen klassement zich al zouden inspannen. Toch werd het nog wel een leuke rit, vooral omdat het enorm lang duurde voor er een kopgroep ontstond. De koers was al zowat een uur bezig toen de uitzending begon, maar alsnog was er geen kopgroep ontstaan.

Zodoende kregen we die strijd toch nog mee. Na een tijd reden 29 jongens weg, waaronder Greg van Avermaet. Best een toffe actie van Greg, een gele trui die in de aanval gaat zien we niet zo vaak. Hij is zich echt aan het ontwikkelen en wordt met de koers een leukere renner. Over leuke renners gesproken, de winnaar van de rit. Stephen Cummings is een renner waar ik ontzettend veel respect voor heb. Hij is misschien wel de coureur met het meeste koersinzicht van het hele peloton. Als hij in de aanval gaat wint hij eigenlijk altijd, zo ook nu. Hij heeft dit jaar vier meerdaage WT-wedstrijden gereden en in iedere WT-koers wist hij een rit te winnen, altijd door in de aanval te gaan. Ook vorig jaar pakte hij al een mooie overwinning in de Tour. Hij kan verschrikkelijk hard fietsen en is ook nog eens ontzettend slim, niets dan lof. Voor Dimension Data een geweldige Tour, ze pakken nu al hun vierde overwinning, terwijl er pas zeven ritten zijn geweest.

Achter Cummings bleek dat Nibali erg onverstandig is geweest door hier aan de start te verschijnen. Hij had zich beter op de Vuelta kunnen richten. Andere jongens die een slechte dag hadden waren Warren Barguil en Thibaut Pinot. Daar hoeven we geen rekening meer mee te houden. Contador daarentegen leek dan weer aan de beterende hand. Tot slot was er nog de boog van de laatste kilometer, die instortte terwijl Adam Yates net was weggesprongen uit de groep der favorieten. Een incident dat niet echt in de Tour thuishoort, het is meer iets voor de Ronde van Zwitserland. Het is te hopen dat Yates er niet teveel schade aan overhoudt, want hij had klaarblijkelijk behoorlijk goede benen. Geen topjaar voor de Yatesjes, broer Simon moet nog even een korte schorsing uitzitten. Na de eerste van drie zware ritten zitten we nu weer even buiten de Pyreneeën, in een bijzonder onoriginele plaats. We duiken wel weer snel de Pyreneeën in en krijgen met vier zware cols te maken. Een zware rit, de zwaarste tot nu toe.

De route van vandaag (Bron: letour.fr)
De route van vandaag (Bron: letour.fr)

Het profiel van vandaag (Bron: letour.fr)
Het profiel van vandaag (Bron: letour.fr)

Zoals ieder jaar zijn we ook nu weer in het onvermijdelijke Pau. De hoofdstad van het departement Pyrénées-Atlantiques, regio Aquitanië, maakt voor de 68e keer deel uit van de Tour de France. De afgelopen jaren had Pau 81.000 inwoners, maar tegenwoordig zijn dat er blijkbaar nog maar 77.500. Ik ben overduidelijk niet de enige die wel klaar is met dat hele Pau. Afgelopen jaar vertrok de elfde rit in Pau en die rit zou eindigen op Cauterets. In die rit zat ook de Tourmalet, hoewel we er toen wel op een andere manier naar toereden. Ook het jaar daarvoor zat Pau uiteraard in de Tour en ook in die rit kwam de Tourmalet voor. Daarnaast ook de Hautacam, waar Nibali overtuigend won. De laatste keer dat er een rit aankwam in Pau is wel weer wat langer geleden, dat was namelijk in 2012. Pierrick Fedrigo, de zinksnijder, won toen maar weer eens een etappe. 2016 is een jaar van renovatie voor de stad, zo wordt bijvoorbeeld het historische deel van de stad opgelapt. Pau is overigens de geboortestad van een renner die altijd z'n best doet om zich zo goed mogelijk te verstoppen, Matthieu Ladagnous. De start van de etappe zal plaatsvinden voor het lokale station. Daarna fietsen de renners over het Boulevard des Pyrénées, vanwaar je een mooi uitzicht hebt.

De boulevard van Pau (Foto: WikiCommons)
Startplaats Pau (Foto: WikiCommons)

We zitten weer een beetje buiten de Pyreneeën, daarom is het eerste deel van de rit vlak. Het duurt een kilometer of 60 voor we echt gaan klimmen, net als tijdens de vorige rit weer een lange vlakke aanloop, waardoor het wel een tijd kan duren voor er weer een kopgroep is ontstaan. Over een brede weg gaat het praktisch rechtdoor richting het zuiden, op weg naar de bergen die in Pau al te zien zijn. Tot Coarraze, na 15 kilometer koers, gaat het rechtdoor. Daarna buigen we langzaam een beetje af naar het oosten. Via dorpjes als Lestelle-Bétharram en Saint-Pé-de-Bigorre komen we na 35 kilometer door een ander bijna jaarlijks terugkerend fenomeen. Ik heb het natuurlijk over het welbekende bedevaartsoord Lourdes. Voor de gelovige renners natuurlijk altijd een leuk detail. In Lourdes slaan de renners rechtsaf en gaan ze weer richting het zuiden fietsen. Het is nog steeds behoorlijk vlak en dit blijft zo tot Ayros-Arbouix, waar de renners na 50 kilometer passeren. We rijden over wat minder luxe wegen recht de Pyreneeën in. In Ayros zie je ze al liggen. Het is dus niet verwonderlijk dat het in de kilometers daarna goed op begint te lopen. We gaan bijna beginnen aan de beklimming van de Tourmalet. Het is maar goed ook dat het klimmen gaat beginnen, want de eerste 50 kilometer is er op Lourdes na niet zo gek veel te zien.

De basilique van Lourdes (Foto: WikiCommons)
De basilique van Lourdes (Foto: WikiCommons)

Officieel begint de beklimming van de Tourmalet na 67 kilometer, maar in de 17 kilometer tussen Ayros-Arbouix en Esquièze-Sère loopt het ook al licht op. Dat is grotendeels vals plat, maar toch zijn het weer een paar extra hoogtemeters erbij. In Esquièze-Sère begint de Tourmalet niet alleen echt, er ligt ook de streep van de tussensprint van de dag. Richting de tussensprint loopt het al redelijk omhoog, dus de sprinters zullen wel weer ontevreden zijn. De kant van de Tourmalet die we nu gaan beklimmen hebben we al een aantal jaar niet meer beklommen. De afgelopen jaren beklommen we 'm steevast van de andere kant. Het is een prachtige col, maar wel verschrikkelijk saai omdat de beklimming werkelijk ieder jaar in de Tour zit. Ik heb wel eens geruchten gehoord dat er in de Pyreneeën meer beklimmingen zijn, maar als ik de Tourorganisatie mag geloven zijn deze geruchten niet geheel op waarheid gebaseerd. De Tourmalet is ondertussen al meer dan 80 keer voorgekomen in de Tour. Praktisch ieder jaar dus. In sommige edities van de Tour zelfs twee keer. Een klim kan nog zo mooi zijn, maar je haalt wel alle charme weg door er ieder jaar weer over te fietsen. Zeker in een rit als deze, aangezien we hierna nog drie lastige colletjes krijgen. Hier gaat niks gebeuren, er gaat een kopgroepje definitief wegrijden en dat is het dan weer voor dit jaar. ASO, verzin iets anders.

Het profiel van de Col du Tourmalet (Bron: letour.fr)
Het profiel van de Col du Tourmalet (Bron: letour.fr)

Ik heb zo'n vermoeden dat ze niet naar me gaan luisteren, maar dat geheel terzijde. Het is wel een goede klim, want de weg is breed en goed. Dit in tegenstelling tot veel andere wegen in de Pyreneeën. De Tourmalet is van deze kant 19 kilometer lang en 7,4% gemiddeld. De eerste beklimming van buitencategorie deze Tour. Bovendien ligt op de top van de klim de Souvenir Jacques Goddet voor het grijpen. Een prijs ter ere van een van de oude bazen van de Tour de France. Het is wel de moeite waard om je hiervoor in te spannen, want je krijgt er 5000 euro voor. Vorig jaar ging de prijs naar Rafal Majka, die als eerste boven kwam op de Tourmalet in een rit die hij later ook zou winnen. Dezelfde eer ging naar Blel Kadri in 2014. Ik zou ook nog alle andere winnaars kunnen opnoemen, maar dan loopt deze voorbeschouwing helemaal uit de hand. Daarom alleen nog maar kort wat informatie over de klim zelf. Zoals veel beklimmingen in deze bergketen is het allemaal behoorlijk onregelmatig. Geen kilometer is hetzelfde, hoewel er ook weer geen enorme uitschieters zijn. De zwaarste kilometer van de klim zit aan het eind, twee kilometer voor de top is er een kilometer aan 11%. De kilometer richting de top is met 10% ook niet misselijk. Verder schommelt het de rest van de tijd een beetje tussen 6 en 8%, op één makkelijke kilometer aan 4% na. Het is best een zware en mooie klim, maar overdaad schaadt.

De Col du Tourmalet (Foto: WikiCommons)
De Col du Tourmalet (Foto: WikiCommons)

Na 86 kilometer komen de renners boven op de Tourmalet, het is dan nog een kleine 100 kilometer tot de finish. We gaan eerst eens even 17 kilometer afdalen, richting Sainte-Marie-de-Campan. 17 kilometer aan 7,3% naar beneden, best een stevige afdaling. De weg die hier ligt is alleen wel vrij breed en goed, waardoor het niet de moeilijkste afdaling ooit is. De afdaling van de Tourmalet is vrij overzichtelijk, je hebt altijd goed zicht op de situatie. Het tweede deel van de afdaling wordt er wel gedaald door een bos, maar zodra er een lastige bocht komt verdwenen de bomen weer als sneeuw voor de zon. Dit moet iedereen toch wel heelhuids kunnen overleven. Beneden in Sainte-Marie-de-Campan slaan de renners rechtsaf en gaan ze op weg naar bekend terrein.

We gaan namelijk op weg naar de finishplaats van gisteren, Lac de Payolle. Direct na Sainte-Marie-de-Campan begint het al omhoog te lopen, we zijn nu eigenlijk bezig met de andere kant van de Col d'Aspin. De eerste kilometers van deze kant van de Aspin zijn behoorlijk makkelijk. Het gaat een kilometer of zes redelijk licht omhoog, een paar kilometer aan 4%, een wat lastigere kilometer aan 6% en nog wat kilometers die praktisch vlak zijn. In het gehuchtje Payolle slaan de renners rechtsaf over het inmiddels welbekende bruggetje en fietsen ze richting de finish van de vorige plaats. Kunnen ze meteen controleren of de boog er nog steeds ligt. Als de renners het Lac de Payolle passeren begint de volgende klim van de dag officieel. De Hourquette d'Ancizan is een beklimming van de tweede categorie, 8,2 kilometer lang en 5% gemiddeld. Een behoorlijk onregelmatige klim, met richting de top ook nog een korte afdaling, waardoor het gemiddelde een vertekend beeld geeft. Een beklimming die al eerder is voorgekomen in de Tour, in 2011 bijvoorbeeld, toen Laurent Mangel als eerste boven kwam. In 2013 was die eer weggelegd voor Dan Martin. De klim heeft een relatief smal weggetje en kent nog enkele steile stroken aan 10%, hoewel het over het algemeen geen ontzettend zware klim is.

Het profiel van de Hourquette d'Ancizan (Bron: Cols-cyclisme.com)
Het profiel van de Hourquette d'Ancizan (Bron: Cols-cyclisme.com)

De Hourquette d'Ancizan, een berg van de tweede categorie (Foto: WikiCommons)
De Hourquette d'Ancizan, een berg van de tweede categorie (Foto: WikiCommons)

De renners gaan nu 10 kilometer afdalen, richting Guchen. Deze kant van de beklimming is een stuk lastiger. Er zitten enkele kilometers bij aan 10%, dus het gaat flink naar beneden. Het grootste gedeelte van de afdaling rijden we door een bos, waardoor sommige bochten vrij onoverzichtelijk zijn. De weg is voor Tourbegrippen ook behoorlijk smal, waardoor dit al met al een pittige afdaling is. Heel bochtig ook, met niet eens zo veel haarspeldbochten, maar wel veel kleine bochtjes, kort achter elkaar. Beneden in Guchen hebben de renners 130 kilometer afgelegd en begint de volgende klim alweer bijna. Langzaam begint de weg alweer op te lopen, maar pas na het passeren van Saint-Lary-Soulan begint de derde klim van de dag echt. De beklimming naar het skistation van Val Louron is bijna 11 kilometer lang en 6,8% gemiddeld. Een toch wel pittige klim dus. Het is een beklimming van de eerste categorie derhalve. Het begint nog vrij makkelijk, met een kilometer aan 5% gevolgd door een kilometer aan 2,5%, maar daarna wordt het bijna negen kilometer lang niet meer makkelijk. Het makkelijkste stuk in de komende kilometer is toch ook al aan 6,2%. Verder schommelt het tussen de zeven en negen procent, een zware klim. Best een prestigieuze klim, als je bekijkt wie hier allemaal ooit als eerste boven zijn gekomen. Marco Pantani, Fernando Escartin, Laurant Jalabert, Joaquim Rodriguez, dat is allemaal zo slecht nog niet. Rodriguez was de laatste die hier als eerste bovenkwam, dat was in 2014. We zoeken dus een opvolger voor hem.

Het profiel van de Col de Val Louron-Azet (Bron: letour.fr)
Het profiel van de Col de Val Louron-Azet (Bron: letour.fr)

De afdaling van de Col de Val Louron-Azet is kort maar krachtig. We gaan een kilometer of zeven afdalen richting Génos en in die zeven kilometer krijgen we met liefst twaalf haarspeldbochten te maken. Door de vele haarspeldbochten is het wel een lastige afdaling, maar niet te lastig. De weg is breed en de meeste bochten zijn goed in te schatten. We zitten wel bijna aan het eind van de rit, dus hier gaan wel de nodige risico's genomen worden om opgelopen achterstand in te halen, maar in principe is het geen verschrikkelijk lastige afdaling. Hoewel de snelheid wel heel hoog zal worden, het gaat af en toe aan meer dan 10% naar beneden.

Na 155 kilometer komen de renners beneden in Génos en is het nog 30 kilometer tot de streep. De drie kilometer na Génos is het even vlak, als we richting Loudenvielle fietsen. Na Loudenvielle is er nog even een kilometer afdaling en daarna begint de slotklim van vandaag, de Col de Peyresourde. Een bekende klim in de Tour, al ontzettend vaak voorgekomen in de Ronde van Frankrijk. Bijna alle legendarische wielrenners zijn hier al eens als eerste bovengekomen. Fausto Coppi, Charly Gaul, Federico Bahamontes, Lucien Van Impe, Bernard Hinault, Claudio Chiappucchi, Laurent Jalabert, Gilberto Simoni, Vinokourov en Sebastian Lang, niet te vergeten. Kortom, hier wil je als eerste bovenkomen. Voor het laatst kwam de klim voor in 2014, toen kwam de stoïcijnse Wit-Rus en de slechtste wereldkampioen tijdrijden ooit, Vasil Kiryienka, als eerste boven. Ook in 2012 kwam de klim voor in de Tour, hoewel die rit zou eindigen in het skidorpje een stuk verderop, Peyragudes. Valverde deed daar iets wat hij vaker zou moeten doen, soleren. Glansrijk won hij, na een prachtige solo.

Het profiel van de Col de Peyresourde (Bron: letour.fr)
Het profiel van de Col de Peyresourde (Bron: letour.fr)

De Col de Peyresourde is een beklimming van zeven kilometer aan 7,8%, hoewel er wel langer geklommen wordt dan die zeven kilometer. Voor de klim echt begint loopt het al even licht omhoog. Als de klim echt begint gaat het ook meteen flink omhoog, met een kilometer aan acht procent. Daarna een iets makkelijkere kilometer, maar 7,5% mag er nog steeds zijn. De kilometer daarna is dan weer 8,5%, behoorlijk pittig. Het zwakt even af naar een procentje of zes, maar daarna wordt het weer behoorlijk zwaar. Nog even twee kilometer aan acht procent om het af te sluiten, dit is een lastige klim. Vooral lastig omdat er al drie zware beklimmingen zijn geweest. Zelfs als er tijdens deze rit rustig wordt gereden gaan er nog renners sneuvelen. Met zo'n lastige rit moeten er wel gaten ontstaan. De top van deze beklimming van de eerste categorie bereiken we na 168 kilometer, op een kilometer of 16 van de streep. We hebben het klimwerk gehad, het gaat nu in dalende lijn verder richting Bagnères-de-Luchon.


In 2014 ging de Tour ook over de Peyresourde, Majka pakte hier de etappe en de bollentrui (Foto: Getty)

De afdaling van de Col de Peyresourde is prima te doen. In het begin van de afdaling zijn er nog een aantal haarspeldbochten, maar die zijn door de brede weg prima te nemen. De afdaling is behoorlijk steil, maar er is weinig begroeiing langs de kant van de weg, waardoor het een overzichtelijke afdaling is. Na het eerste deel van de afdaling wordt het ineens ook een stuk minder bochtig. Dit is daardoor toch vooral een bijtrapafdaling en niet direct een afdaling voor de waaghalzen van het peloton. We passeren nog een aantal dorpjes, maar ook daar zijn niet echt veel obstakels te ontdekken. Een etappe met een afdaling kort voor het eind klinkt altijd wel leuk, maar dan moet het ook wel een lastige afdaling zijn. Dit is een afdaling waar ik zelf nog wel aan zou durven te beginnen. In het tweede deel van de afdaling zijn er praktisch geen bochten meer en de weg is zo breed dat er drie vrachtwagens naast elkaar kunnen rijden.

Als de renners het gehucht Saint-Aventin na 176 kilometer passeren is het nog acht kilometer tot de streep. Na dit dorp zijn er nog een paar haarspeldbochten, maar de weg is nog steeds enorm breed. Zelfs als je ergens een fout maakt heb je nog genoeg tijd en ruimte om die te corrigeren. Het blijft dalen, tot in Bagnères-de-Luchon. In de finishplaats zelf wordt het nog even bochtig. Op een kilometer of twee van de finish is er een lange terugdraaiende bocht, waarna de renners door het centrum gaan fietsen. Het gaat even een kilometer rechtdoor, tot de slotkilometer. In die slotkilometer zitten nog vier bochten, waarvan de laatste op een meter of 300 van de finish is. Het zijn allemaal geen lastige bochten en de groepjes die hier aankomen zullen niet groot zijn, dus dat kan allemaal prima. Na 184 kilometer mag er dan eindelijk iemand z'n handjes in de lucht steken in een mooi straatje met veel groen, langs een parkje.

De laatste kilometers van vandaag (Bron: letour.fr)De laatste kilometers van vandaag (Bron: letour.fr)

Bagnères-de-Luchon is een klein dorpje, met amper 3000 inwoners. We zitten een paar kilometer van de grens met Spanje, daar waar de volgende rit zal vertrekken. Het dorpje is bekend geworden vanwegede warmwaterbronnen in de buurt, daardoor is het al sinds de tijd van de Romeinen een kuuroordje. Kuuroorden zijn vaak populaire plaatsen in grote rondes, daarom is het inmiddels al de 58e keer dat Bagnères-de-Luchon voorkomt in de Tour. Alleen in Pau, Bordeau en Parijs kwam de Tour vaker. Best wonderbaarlijk, aangezien het dus maar een klein dorpje van niks is. Hoewel ik wel moet oppassen met wat ik zeg, want Bagnères-de-Luchon schijnt het Cannes van de televisie te zijn! Jaarlijks wordt er in Luchon een filmfestival georganiseerd, waar jaarlijks 1000 professionels naartoe komen. Vorig jaar waren er zelfs 15.000 bezoekers aanwezig.

Bagnères-de-Luchon is met name het dorp van Thomas Voeckler. Titi, de geweldige coureur, waar sommige mensen zich om onbegrijpelijke redenen aan storen. Hij won al twee keer in dit dorpje. De laatste keer dat we hier waren, in 2014, lukte dat helaas niet helemaal. De walgelijke Michael Rogers, ook wel bekend als Teflon Mick, ging toen met de overwinning aan de haal. Gelukkig zijn we er nu weer en is Titi er ook weer bij. Ik verwacht dat hij nu alsnog voor z'n hattrick gaat. Mocht dat niet lukken kan hij altijd nog naar een badhuis gaan, of naar het casino. Het is een klein dorpje, maar je kan er je er prima vermaken. Toen Voeckler voor de tweede keer in dit dorp won, in 2012, was het parcours nogal gelijk aan dat van deze rit. Ook een start in Pau, een passage over de Tourmalet en de Peyresourde. Ook nog wel de Aubisque en de Aspin, maar dat mag de pret niet drukken. Er hangt iets moois in de lucht.


Voeckler wint in Bagnères-de-Luchon (Foto: Getty)

Het zal warm worden in de Pyreneeën. Boven de 30 graden waarschijnlijk. Voor enkele renners is dat wel lastig, die kunnen daar niet zo goed mee omgaan. De luchtvochtigheidsgraad is ook heel hoog, het is dus ook nog eens heel benauwd. De kans op neerslag is wel minder, maar ik weet niet zo goed wat dat tegenwoordig nog zegt. Tijdens de vorige rit was de kans op neerslag een procentje of 80 rond het middaguur en het bleef volledig droog. Nu is de kans op neerslag nog maar 30%. Zal je zien dat het nu wel gaat regenen. De rit zal om 12:00 starten en na 20 minuten rondrijden door Pau begint het feest dan echt. Het mag ondertussen geen verrassing meer zijn, maar de uitzending zal weer om 14:10 beginnen. De finish wordt verwacht tussen 17:06 en 17:49, niet echt een precieze schatting. Hangt natuurlijk ook van de renners af. Kan best zo zijn dat ze rustig aan gaan doen, met de gedachte in het achterhoofd dat er nog een stevige bergrit gaat volgen.

Luchon van bovenaf (Foto: WikiCommons)
Luchon van bovenaf (Foto: WikiCommons)

In Bagnères-de-Luchon wint bijna altijd een vluchter. Dat schijnt bij dit dorp te horen. Het is bijna de logica zelve. Hoe zwaar de rit ook is, door de afdalingen die je nodig hebt om in dit dorp te komen spannen de klassementsrenners zich bijna nooit in. In de voorgaande jaren ging de overwinning dus een paar keer naar Voeckler en ook Rogers pakte een overwinning mee. Het zal ook nu weer voor de vluchters zijn, schat ik zo in. Het is niet direct een etappe voor Sky, omdat Froome niet zo'n enorme fan is van afdalingen. Die heeft liever een aankomst bergop. Dan zet hij het computertje aan en sprint hij hersenloos naar boven. Met een afdaling erbij moet je zelf nadenken en dat is niet zo evident. Ook voor Movistar zal het niet direct de beste etappe zijn, omdat er in de afdalingen niet heel veel winst te boeken zal zijn. Het is te makkelijk, eigenlijk. Bovendien komt er de volgende dag nog een rit aan die ook lastig is. Daar is wel een aankomst bergop en daar zal de echte showdown zijn, schat ik zo in. Tijdens deze rit fietsen ze met een slakkengangetje over de Tourmalet en daarna zijn de vogels voorin al gevlogen. Dus noem ik nu vijf willekeurige vogels. Dat valt niet mee, aangezien er enorm veel renners in de aanval willen gaan. Op hoop van zegen dan maar.

1. Voeckler. Heeft hier al twee keer gewonnen en ik hoopte twee jaar geleden dat hij weer zou winnen. Dat werd geen groot succes, dus dan moet het nu maar gebeuren. De sleet zit er wel een beetje op bij Titi, hij is niet meer zo heel sterk. Toch hoop ik op nog een huzarenstukje. Speciaal voor de haters.
2. Costa. Ik blijf Rui gewoon iedere dag noemen. Hij zou aan gaan vallen, dat was ooit het plan. Tijd verliezen, zodat hij geen gevaar meer is voor het klassement, gaat hem goed af. Nu het tweede deel van het plan nog. Dit is wel weer een etappe voor hem, omdat hij ook wel aardig bergop kan en voor een afdaling meer of minder draait hij zijn handen niet om. Uitstekende gelegenheid voor een nieuwe aanval.
3. Sepulveda. Heeft al wat minuten verloren in het klassement en zou daarom in principe al best wel eens in de aanval kunnen gaan. Deze Argentijnse klimmer kan beter dan hij tot nu toe heeft laten zien. Ik wil hem graag eens in de aanval zien. Als hij slechte benen heeft kan hij altijd nog een stukje mee in de auto, maar dat moet hij dan wel wat minder opzichtig doen dan vorig jaar.
4. De Gendt. Heeft al aangekondigd dat hij tijdens deze rit aan gaat vallen, om zijn bollentrui te verdedigen. Zijn koersinzicht is ook wel heel behoorlijk, dus hij zal ongetwijfeld op het juiste moment in de aanval trekken. Zekerheidje.
5. Teklehaimanot. Ik verwacht dit niet, maar ik hoop het wel. #teameritrea heeft tot nu toe vooral moeten werken voor Mark Cavendish, maar nu is het tijd om aan te vallen. Cummings gaf het goede voorbeeld, nu mogen mijn grote vrienden uit Eritrea dat voorbeeld wel volgen. Dani deed niet veel moeite tijdens de vorige rit, dus de beentjes zouden wel weer in orde moeten zijn. Zou mooi zijn als hij weer een poging waagt om in de bollentrui te belanden.
6. Cavendish. Jawadde.