'Schrappen van 10 in turnen maakt nog altijd mensen boos'

Ruim tien jaar na dato is de turnwereld nog altijd verdeeld over het afschaffen van het oude puntensysteem, waar de 'perfecte 10' het maximaal haalbare was. Het systeem werd gewijzigd na de Spelen van 2004 in Athene: de Amerikaan Paul Hamm won daar het goud in de allround, maar had daar wel hulp van de jury voor nodig.

Zij maakten namelijk een fout bij het toewijzen van de punten aan de Zuid-Koreaan Yang Tae-young: hij kreeg op brug een startwaarde van 9.9 in plaats van 10, wat correct zou zijn geweest. Het betekende brons in plaats van goud voor Yang, die bij het Internationaal Sporttribunaal nul op het rekest kreeg. Drie juryleden werden geschorst na de fout en het systeem werd veranderd. Vooral de Roemeense Nadia Comaneci werd wereldberoemd met haar legendarische 10 op de Spelen in Montreal in 1976.

Tegenwoordig is er niet echt een maximale score meer in het turnen, waardoor bijvoorbeeld 15 of 16 punten vaak voorkomen. De president van de internationale turnbond FIG, Bruno Grandi, was grotendeels verantwoordelijk voor het veranderen van het systeem. Het stuitte destijds op veel verzet binnen de turnwereld: "Mensen vonden dat ik gek was en sommigen zijn er nog altijd boos over", aldus Grandi. 

"Dit systeem van open scores gebruiken we nu al ruim tien jaar en ik zou uren kunnen praten over de Code of Points", waarmee hij wijst op de door commentator Hans van Zetten veelvuldig aangehaalde 'Grote Turnbijbel' - het boek met alle elementen en bijbehorende scores. "Iedereen hield van de 10 omdat het het symbool van perfectie was. Het weerhield juryleden er echter van om bepaalde oefeningen goed van elkaar te onderscheiden. Tijdens de Spelen van 2004 zagen we dat het systeem haar limiet had bereikt", zegt Grandi.