'Geen hek om Media Park'

"We gaan niet opnieuw een afgesloten hek om het Media Park zetten." Dat zei burgemeester Pieter Broertjes van Hilversum dinsdag stellig op de vraag of de veiligheidsmaatregelen niet strenger moeten naar aanleiding van het incident bij de NOS. "Daar zijn we net vanaf en dat was dramatisch." Wel moet volgens hem worden gekeken naar extra cameratoezicht buiten en naar de interne veiligheidsprotocollen van de mediabedrijven op het park.

Broertjes benadrukte nogmaals dat hij er niets voor voelt van het Media Park een bunker te maken. Na de moord op Pim Fortuyn was het terrein wel afgesloten, wat volgens hem tot files leidde om binnen te komen. "Het Media Park is en blijft kwetsbaar. Je kunt je niet tegen dit soort eenlingen met een wapen beveiligen." Desondanks is alles erop gericht om de kans op herhaling te verkleinen, stelde de burgemeester. "Dat is het enige wat we kunnen doen." Hij zei verder dat het beveiligingsniveau maandag is teruggeschroefd naar de mate waarop dat na de aanslag in Parijs was.

"We zijn door het oog van de naald gekropen", blikte Broertjes terug op donderdagavond, toen de 19-jarige Tarik Z. met een nepwapen het NOS-gebouw wist binnen te dringen. Hij roemde de manier waarop de politie en de beveiligers te werk zijn gegaan. Vrijdag zit de burgemeester met de beveiligingsmensen van het Media Park, zo'n 20 tot 25, om tafel.

"Na de moord op Fortuyn is er al regelmatig overleg met deze mensen. We gaan nu kijken naar waar we mogelijk instructies of procedures kunnen aanscherpen of verbeteren en hoe ze afgelopen week hebben beleefd." De burgemeester zei dat het hem 'een lief ding waard' zou zijn als er één aanspreekpunt komt voor de beveiliging op het Media Park.

Minister Ivo Opstelten (Veiligheid en Justitie) bezoekt de NOS dinsdagmiddag om te praten over de gebeurtenissen. Ook zal hij zich laten bijpraten over het functioneren van de rampenzender, vertelde Broertjes. Eerder zei Opstelten dat hij het niet vindt kunnen dat een rampenzender op zwart gaat, zoals donderdag gebeurde.