Fabrikanten kunnen F1-motoren tijdens seizoen aanpassen

Mercedes, Ferrari en Renault kunnen de motoren tijdens het Formule 1-seizoen 2015 gewoon aan blijven passen. Oorspronkelijk was het de bedoeling dat de ontwikkeling van de krachtbronnen vanaf eind februari weer bevroren zou worden, maar dit is niet in de regels van autosportfederatie FIA vastgelegd, waardoor de ontwikkeling mogelijk blijft.

De ontwikkeling van de Formule 1-motor is opgedeeld in 66 gebieden. Vijf ervan zijn er voor 2015 bevroren, waardoor er 61 gebieden overblijven. Daarvan mogen er volgend jaar 32 aangepakt worden, wat neerkomt op ongeveer 48 procent van de hele 1,6 liter V6-turbomotor die vernieuwd mag worden ten opzichte van de basismotor die eind februari vorig jaar gehomologeerd is. De definitieve homologatie van de 2015-motor kan door het gat in de regels tot laat in het seizoen uitgesteld worden.

In de komende jaren zal het percentage dat aangepast mag worden langzaam dalen. Zo mag voor het seizoen 2016 nog maar 38 procent aangepast worden. Dit daalt naar dertig procent in 2017, 23 procent in 2018 en vijf procent in 2019 en 2020.

Het aanpassen van de motor gedurende het seizoen 2015 geldt niet voor Honda dat dit jaar terugkeert in de sport. De Japanse fabrikant moet de motor die achterin de McLaren komt te liggen voor 28 februari homologeren. Daarna mag dit merk dit kalenderjaar alleen maar aanpassingen doen op het gebied van veiligheid en betrouwbaarheid.