Enquêterapport: één toezichthouder corporaties

Er moet één toezichthouder komen voor het stelsel van woningcorporaties. De parlementaire enquêtecommissie bepleit de oprichting van een Woonautoriteit, blijkt uit het donderdag gepresenteerde eindrapport van de commissie onder leiding van ex-PVV'er Ronald van Vliet. Nu is het toezicht 'versnipperd', oordeelt Van Vliet.

Nu zijn het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV) en het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) belast met verschillende aspecten van het toezicht. Ook een minister - op dit moment minister voor Wonen Stef Blok (VVD) - is verantwoordelijk voor delen van het toezicht. En alle drie die partijen hebben steken laten vallen.

"Voor effectief en efficiënt overheidstoezicht op de corporatiesector is het nodig om het externe toezicht op de financiën, de governance en integriteit en de rechtmatigheid te bundelen en onder te brengen bij een onafhankelijke, onpartijdige en krachtige publieke toezichthouder." De voorgestelde Woonautoriteit moet krachtig genoeg en onafhankelijk zijn. De commissie-Van Vliet stelt voor om het CFV om te vormen tot deze toezichthouder.

Het afschaffen van het corporatiestelsel is volgens de commissie juridisch wel mogelijk, maar op korte termijn niet realistisch. Om het huidige stelsel 'robuuster' te maken doet de commissie een reeks voorstellen. Behalve de onafhankelijke toezichthouder gaat het om een inperking van de activiteiten die corporaties mogen ontplooien. Terug naar de kerntaak is de boodschap, en het moet afgelopen zijn met commerciële avonturen.

Ook moet het interne toezicht op de schop en moeten gemeenten en huurders een grotere stem krijgen. Zo moet de minister niet-functionerende commissarissen voortaan kunnen ontslaan en mogen zij maximaal acht jaar blijven zitten. De minister moet ook disfunctionerende bestuurders kunnen aanpakken en moeten accountants meer aandacht gaan besteden aan mogelijke risico's die corporaties lopen.

Corporaties moeten transparanter worden. Zo zou de minister de Tweede Kamer jaarlijks moeten informeren over de 'staat van de volkshuisvesting'. Van groot belang bij dit alles is dat er een cultuuromslag komt. "Gedrag verbeteren is van groot belang om de corporatiesector in de toekomst te vrijwaren van nog meer incidenten", schrijft Van Vliet. "Dit vereist allereerst een cultuur waarin laakbaar gedrag niet wordt getolereerd en mensen elkaar daarop aanspreken." Fraude en zelfverrijking moeten hard worden aangepakt.

Ten slotte roept de commissie op om het corporatiestelsel nu echt eens aan te pakken. "De commissie constateert een brede maatschappelijke en politieke consensus over de noodzaak van vergaande aanpassingen in het stelsel. Na twintig jaar praten over de benodigde aanpassingen is nu het moment daar om echt te handelen."