Van Aartsen 'diep geraakt' door aantijgingen

Burgemeester van Den Haag Jozias van Aartsen heeft nooit gezegd dat vorige week tijdens de pro-Palestijnse demonstratie in Den Haag geen grenzen zijn overschreden. Dat staat dinsdag in een verklaring van de gemeente Den Haag.

Van Aartsen is 'diep geraakt' door de 'onheuse en onterechte aantijgingen van sommige zijden', staat verder in de verklaring. "Nimmer heeft hij, of is op zijn gezag gezegd, dat tijdens de demonstratie van 24 juli geen morele grenzen zijn overschreden."

Tijdens de demonstratie in de Schilderswijk werden onder meer antisemitische leuzen geroepen. Er werden geen arrestaties verricht. De politie was bij het protest aanwezig met een agent die Arabisch spreekt. De leuzen die werden geroepen werden op dat moment echter niet als strafbaar gezien.

De burgemeester wil dat het Openbaar Ministerie meer ruimte krijgt om tijdens demonstraties strafrechtelijk op te treden tegen 'moreel verwerpelijke leuzen en symbolen'. Hij heeft justitie verzocht het beleid daarover nog eens onder de loep te nemen.

Inmiddels hebben ruim vijftienduizend mensen een petitie getekend die het vertrek van Van Aartsen eist. De PVV in Den Haag wil ook dat Van Aartsen opstapt. "Een burgemeester die niet optreedt tegen jodenhaat heeft wat de PVV betreft niets te zoeken in de stad van vrede en recht", zegt fractievoorzitter Léon de Jong. "Den Haag verdient beter."

Het Openbaar Ministerie onderzoekt of er bij de betoging strafbare feiten zijn gepleegd. Justitie verwacht het onderzoek deze week af te ronden.