Separatisten beloven medewerking aan onderzoek

De pro-Russische separatisten in de regio Donetsk grendelen de locatie waar de Boeing 777 van Malaysia Airlines uit Amsterdam neerstortte af en bieden onderzoekers toegang tot de rampplek. Dat meldt de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) vrijdag.

Vertegenwoordigers van de OVSE, Rusland en Oekraïne overlegden donderdag in Kiev over de situatie die is ontstaan door de crash. Daarbij hadden ze onder meer contact via een videoverbinding met de separatisten in de zelfbenoemde Volksrepubliek Donetsk in het oosten van Oekraïne, waar het toestel neerstortte.

De separatisten beloofden de drie partijen om de rampplek af te sluiten. Ook zouden ze de lokale autoriteiten toe te staan voorbereidingen te treffen om de lichamen van de bijna driehonderd slachtoffers te bergen.

Daarnaast garanderen de opstandelingen de toegang en de veiligheid van een Oekraïens onderzoeksteam - waaronder ook internationale onderzoekers - tot het gebied waar ze feitelijk de macht uitoefenen. Ook waarnemers van de OVSE krijgen veilige toegang tot de rampplek.

De separatisten beloofden bovendien samen te werken met de autoriteiten van Oekraïne bij alle praktische zaken die te maken hebben met de berging en het onderzoek.

Bij de crash kwamen alle 298 inzittenden van het toestel om het leven. Het vliegtuig was donderdag even na het middaguur opgestegen van Schiphol op weg naar Kuala Lumpur. Onder hen bevonden zich ten minste 154 Nederlanders. Het vliegtuig is vermoedelijk op tien kilometer hoogte uit de lucht geschoten. Onbekend is door wie.

Het was donderdagavond lang onduidelijk hoe het onderzoek naar de vliegtuigcrash vorm zou krijgen. In het gebied in het oosten van Oekraïne is het Oekraïense leger bezig aan een offensief tegen de pro-Russische separatisten. Het gebied rond Hrabove, waar het toestel neerstortte, staat onder controle van de Volksrepubliek Donetsk.

De Onderzoeksraad voor Veiligheid uit Nederland kan als waarnemer bij het onderzoek worden betrokken omdat een groot deel van de slachtoffers uit Nederland komt. De raad speelt geen directe rol in het onderzoek, waarvoor de regels vastliggen in een verdrag van de VN-burgerluchtvaartorganisatie ICAO.

Bij het ongeval kwamen de 298 inzittenden, onder wie drie baby's en vijftien bemanningsleden, om het leven. Ten minste 154 passagiers van de lijnvlucht waren afkomstig uit Nederland.